www.wimjongman.nl

(homepagina)


DE KOMENDE GROTE MISLEIDING - Deel 26: De eerste inval van de strijdwagens van de (Gevallen Ster-)Goden

24 juni 2021 - door SkyWatch Editor

Deel 1 - Deel 2 - Deel 3 - Deel 4 - Deel 5 - Deel 6 - Deel 7 - Deel 8 - Deel 9 - Deel 10 - Deel 11
Deel 12 - Deel 13 - Deel 14 - Deel 15 - Deel 16 - Deel 17 - Deel 18 - Deel 19 - Deel 20 - Deel 21
Deel 22 - Deel 23 - Deel 24 - Deel 25 - Deel 26 - Deel 27 - Deel 28 - Deel 29 - Deel 30 - Deel 31
Deel 32 - Deel 33 - Deel 34 - Deel 35 - Deel 36 - Deel 37

Vogels huppelden tussen de palmbossen van dadelpalmen langs de moerassige oevers van de Eufraat in het jaar 3500 v.Chr. Toen de zon opkwam boven Soemer, kwam de alluviale woestijn van het Midden-Oosten tot leven met agrarische activiteit. In een vallei gesmeed tussen de tweelingrivieren de Tigris en de Eufraat ontwaakten prachtige ommuurde steden met het geratel van drukke straten en marktplaatsen. In wat de Grieken later "Mesopotamië" (tussen de rivieren) zouden noemen, had zich 's werelds eerste grote handelscentrum en beschaving ontwikkeld. De weelderige Soemerische steden Ur (de woonplaats van Abram), Uruk en Lagash waren de economische machines van het oude Midden-Oosten geworden, en industrieën van zo ver weg als Jericho bij de Middellandse Zee, en Catal Huyuk in Klein-Azië, wedijverden om de handelsmogelijkheden die zij aanboden. Arbeiders uit de bijbelse stad Jericho exporteerden zout naar Soemerië, en mijnwerkers uit Catal Huyuk prepareerden het obsidiaan, dat gebruikt werd voor het maken van spiegels, voor verzending naar de oude metropool. Maar terwijl de prehistorische volkeren van het Oosten naar de Soemeriërs keken voor hun dagelijkse broodvoorziening, keken de Soemeriërs zelf naar de hemel, zoals zij van oudsher hadden gedaan, naar het vroege opstaan van Utu (Sjamasj), de alles voorzienende zonnegod, toen hij zich opnieuw opmaakte om in zijn vliegende strijdwagen door de hemel te rijden. En in 3500 v. Chr. was Utu niet de enige onder de goden. Het Soemerische pantheon bood inmiddels de vroegst bekende beschrijving van een georganiseerde mythologie, bestaande uit een complex systeem van meer dan drieduizend godheden die bijna elk detail van de natuur en het menselijk ondernemen bestreken. Er waren goden van zonneschijn en van regen. Er waren vegetatiegoden, vruchtbaarheidsgoden, riviergoden, diergoden, en goden van het hiernamaals. Er waren grote goden als Enlil (vorst van de lucht), Anu (heerser van de hemelen), Enki (de god van het water), enzovoort. Daaronder bestond een tweede niveau van godheden, waaronder Nannar, de maangod; Utu, de zonnegod; en Inanna, de "Koningin van de hemel", een moedergodin die veel later door sommigen "Maria, de Koningin van de hemel en de Moeder van Jezus Christus" genoemd zou worden.

Dit gezegd zijnde - en dit is de grote vraag - waar kwamen de goden van Sumerië vandaan? Aangezien de godsdienst van Sumerië de eerste bekende georganiseerde mythologie was en grote invloed zou hebben op de fundamentele overtuigingen van de opkomende naties Babylon, Assyrië, Egypte, Griekenland, Rome, de oude Hebreeën, en anderen, heeft deze vraag geleerden en historici al meer dan een millennium geïnteresseerd. Meer in het bijzonder: waar vinden we het historische begin van de oude goden van Sumerië? Waren de Soemerische goden het produkt van menselijke verbeelding of de vervorming van een vroegere prehistorische openbaring? Waren zij de "mythologisering" van bepaalde oude helden of, zoals sommigen tegenwoordig geloven, het resultaat van een buitenaards "alien"-bezoek wiens verschijning de aanleiding gaf tot de legenden en mythologische goden? Even belangrijk is de vraag of de plotselinge verschijning van deze godheden een letterlijke inmenging in de werkelijkheid van de mens door een bovennatuurlijke kracht weerspiegelde, of dat zij louter de schepping waren van primitieve verbeeldingen.

Deze vragen zijn zowel fascinerend als moeilijk, omdat de goden en godinnen van het oude Sumerië/Mesopotamië nog steeds gehuld zijn in een geschiedenis van onbekende oorsprong. Het was alsof de Soemeriërs meer dan vijfenvijftighonderd jaar geleden uit het niets op het toneel verschenen en (wat wel leek van de ene dag op de andere) de eerste geschreven taal en een verzameling van vooruitstrevende kennis met zich meebrachten - van ingewikkelde religieuze concepten tot een geavanceerd begrip van astrologie, scheikunde, en wiskunde. De twijfelachtige oorsprong van de Soemerische cultuur deed sommige theoretici concluderen dat de goden van Soemerië, en de daaropvolgende mythologieën die daaruit voortkwamen, het duivelse plan waren van een oude "aanwezigheid" die op aarde aankwam, iets wat wij een Gevallen Ster zouden noemen. Als dit waar is, blijft deze kracht dan bestaan in parallelle dimensies van onze wereld? Blijven oer- en levende wezens, die ooit als goden werden vereerd, de mens observeren? En zijn zij op dit moment van plan om op grotere schaal te herhalen wat zij al eens eerder deden? Zal de mens binnenkort iets onverwachts meemaken op een universeel niveau, waardoor de mens zijn aandacht heel geconcentreerd zal richten op de hemel, op gemanifesteerde "vliegende wonderen", en op gevleugelde genieën daarin?

Ze zeiden dat ze van Orion, de Pleiaden, en tweevoudige ster Zeta Reticuli kwamen

Onder geleerden zijn er drie concurrerende theorieën over de oorsprong van de vroege mythologische goden: 1) De Euhemerus Opvatting; 2) De Oude Astronautentheorie; en 3) De Bijbelse Opvatting. De Euhemerusvisie was gebaseerd op de historische theorieën van de Griekse geleerde Euhemerus, die beweerde dat de heidense goden hun oorsprong vonden in bepaalde oude en beroemde koningen die later vergoddelijkt werden. De meer algemeen aanvaarde theorieën - de Oude Astronautentheorie en de Bijbelse visie op de oorsprong van alternatieve godheden - zijn erin geslaagd de populaire autoriteiten te worden met betrekking tot het oorspronkelijke heidendom en vormen derhalve het begin van ons onderzoek naar een groter, mogelijk dreigend fenomeen, een fenomeen dat de auteurs van dit werk van de beschimmelde gangen in vergeten bibliotheken naar de Advanced Technology Telescope (VATT) van het Vaticaan bracht, met het nieuwe LUCIFER-instrument (Large Binocular Telescope Near-Infrared Utility with Camera and Integral Field Unit for Extragalactic Research, een apparaat dat wordt bemand door jezuïtische astronomen van het Berg Graham International Observatory in het zuidoosten van Arizona).

Maar daarover later meer.

Voor nu beweert een groeiende doctrine binnen de moderne ufologie dat de ware oorsprong van de goden, en het menselijk ras zoals wij dat nu kennen, het directe resultaat is van buitenaardse UFO-activiteit. In de inleiding van zijn bestseller, Chariots of the Gods?, zei Erich von Däniken, die, zo zou men kunnen stellen, een van de vaders van de moderne ufologie is, het volgende:

Ik beweer dat onze voorvaderen in een ver verleden bezoek ontvingen uit het heelal, ook al weet ik nog niet wie deze buitenaardse intelligenties waren of van welke planeet zij kwamen. Niettemin verkondig ik dat deze "vreemdelingen" een deel van de toen bestaande mensheid hebben uitgeroeid en een nieuwe, misschien wel de eerste, Homo sapiens hebben voortgebracht.[i]

Zoals werd geïllustreerd in de Hollywood films Contact en Close Encounters of the Third Kind, veroverde Von Däniken's hypothese Amerika stormenderhand vanaf de jaren '60 met de stelling dat de mensheid mogelijk het nageslacht was van een oud, misschien nog steeds lopend, buitenaards experiment. Ufologen zoals Von Däniken beweren dat de goden van de mythologie zelf het bewijs kunnen zijn geweest van, en een reactie op, een ontmoeting met buitenaardse wezens. Hij bedoelt hiermee dat de mensen in de oudheid ruimtereizigers als goden zouden hebben beschouwd en hun aankomst, en hun experimenten en hun vertrek zouden hebben vastgelegd in hiërogliefen, megalieten en stenen tafelen als een "bovennatuurlijke" ontmoeting tussen goden en mensen.

Erich von Däniken vervolgt:

Terwijl [het] ruimteschip weer verdwijnt in de nevelen van het heelal zullen onze vrienden praten over het wonder - "De goden waren hier!" ...ze zullen een verslag maken van wat er gebeurde: griezelig, vreemd, wonderbaarlijk. Dan zullen hun teksten vertellen - en tekeningen zullen laten zien - dat goden in gouden kleren daar waren in een vliegende boot die landde met een enorm kabaal. Zij zullen schrijven over strijdwagens die de goden over land en zee reden, en over angstaanjagende wapens die waren als bliksem, en zij zullen vertellen dat de goden beloofden terug te keren. Zij zullen in de rotsen beelden hameren en beitelen van wat zij gezien hadden: vormeloze reuzen met helmen en staven op hun hoofd, die kisten voor hun borst dragen; ballen waarop ondefinieerbare wezens zitten en door de lucht rijden; stokken waaruit stralen worden geschoten als van een zon..."[ii]

Over de hele wereld worden in oude geschriften dergelijke verhalen herhaald over vliegende vaartuigen, die de goden door de sterrenstelsels droegen. Zo vertelt de Metternich Stela (een magische stèle uit de dertigste dynastie van Egypte, die tegenwoordig deel uitmaakt van de Egyptische Collectie van het Metropolitan Museum of Art in New York City) het verhaal van een hemelse "Boot van Miljoenen Jaren," die wordt beschreven als een "Hemelse Schijf" die de Egyptische goden zoals Isis en Thoth vervoerde. In de oude Chinese folklore vinden we een ver land waar "vliegende karren" hun oorsprong vinden, terwijl een Sanskriet tekst - de Drona Parva - feitelijk "hondengevechten" door goden in vliegende machines documenteert. In de Hindoe-mythologie doorkruisten deze goden de kosmos in vliegende voertuigen, Vimana's genaamd, die vele malen worden genoemd in de Ramayana, die dateert uit ongeveer de vierde eeuw voor Christus. Uit Boek 6, Canto CXXIII: De Magische Auto, vinden we:

Is de wonderbaarlijke wagen niet van mij,

genaamd Pushpak, gesmeed door goddelijke handen...

Deze wagen, met de grootste zorg bewaard,

zal u door de velden van de lucht voeren,

en gij zult onverdroten neerstrijken

In Ayodhyá's koninklijke stad.[iii]

En dan uit Boek 6, Canto CXXIV: Het vertrek:

Snel door de lucht, zoals Ráma verkoos,

rees de wonderbaarlijke wagen van de aarde.

En versierd met zwanen en zilveren vleugels

Droeg door de wolken zijn vracht van koningen.[iv]

Talloze andere oude bronnen beschrijven vliegende machines die in verband worden gebracht met goden, en we zullen een aantal van deze later in dit werk bespreken. Maar mannen als Von Däniken gaan verder en beweren dat de Heilige Bijbel zelf het beste verslag en het "grootste UFO-boek aller tijden" is! Het "wiel" in Ezechiël 1:15, de "wolkkolom" in Exodus 13:21-22, en Elia's "strijdwagen van vuur" in 2 Koningen 2:11 worden door zulke onderzoekers allemaal gezien als voorbeelden van UFO-waarnemingen. Bovendien gelooft Von Däniken dat het vreemde uiterlijk van sommige goden zoals afgebeeld in verschillende hiërogliefen (mensachtige wezens met valkenkoppen, leeuwen met stierenkoppen, etc.) kan worden gezien als bewijs dat de "buitenaardse wezens" die de Aarde bezochten in hemelse transportmiddelen ook genetische experimenten uitvoerden op mensen en dieren uit de oudheid, waarbij zij hen kruislings muteerden of transgenetisch veranderden. Sommigen zien dit aspect van Von Däniken's hypothetische Oude Astronautentheorie als een alternatief voor de "gevallen engel" theorie die gedeeltelijk is gebaseerd op Genesis hoofdstuk 6 (de "engel-theorie"), die stelt dat gemuteerde "machtige mannen" werden geboren uit rebellerende engelen die bekend staan als Wachters. Deze machtige wezens - volgens vroege Christenen, kerkvaders, en een groeiende lijst van moderne schrijvers - vermengden hun materie met mensen, waardoor deels hemelse, deels aardse hybriden ontstonden die Nephilim werden genoemd. Dit gebeurde toen het aantal mensen op aarde begon toe te nemen en er dochters aan hen werden geboren. Toen de zonen van God de schoonheid van de vrouwen zagen, namen zij vrouwen uit hun midden om hun ongewone nakomelingen te verwekken. In Genesis 6:4 lezen we het volgende verhaal: "In die dagen waren er reuzen op de aarde; en ook daarna, toen de zonen Gods tot de dochters der mensen ingingen en zij hun kinderen baarden, werden zij machtige mannen, die vanouds waren, mannen van aanzien."

Wanneer dit Schriftgedeelte wordt vergeleken met soortgelijke oude teksten, waaronder Henoch, Jubileeën, Baruch, het Genesis Apocryphon, Philo, Josephus, Jasher, en anderen, dan wordt het voor sommigen duidelijk dat de reuzen van het Oude Testament, zoals Goliath, deels menselijke, deels dierlijke, deels engelachtige nakomelingen waren van een bovennatuurlijke onderbreking in de goddelijke orde en de natuurlijke voortplanting van de soort.

De geschiedenis van de aarde onmiddellijk na de inval van de Gevallen Ster

Ongeacht iemands interpretatie van deze en andere oude verslagen, lijkt één ding duidelijk. Duizenden jaren geleden bezochten hemelse wezens de aarde. Zij deden genetische experimenten die resulteerden in een ras van gemuteerde wezens. Dit bracht God er op zijn beurt toe om Israël te bevelen de Nephilim en hun nakomelingen te vernietigen. Duizenden jaren later sprak Jezus over de gebeurtenissen die plaatsvonden in deze dagen (van Noach) als zijnde vergelijkbaar met de tijd die voorafgaat aan Zijn wederkomst (Mattheüs 24:36). Deze profetie is opmerkelijk wanneer men zich realiseert dat nadat God de hemelse wezens had geoordeeld die samenleefden met de Noachitische vrouwen, alle dergelijke vergelijkbare activiteiten afnamen tot ongeveer het jaar 1947. Toen, na het beruchte Roswell incident dat plaatsvond in New Mexico in dat jaar, mensen van over de hele wereld begonnen met opnieuw vreemde wezens tegen te komen die genetische experimenten uitvoerden.

Zoals we in een ander artikel zullen zien, heeft onze goede oude vriend, en voormalig universiteitsprofessor en BBC-correspondent, Dr. I.D.E. Thomas, in zijn zeer aanbevolen boek, The Omega Conspiracy, de ontplooiing van deze zogenaamde buitenaardse ontvoeringsactiviteit opgetekend en het in verband gebracht met de eindtijdvoorspellingen in Mattheüs 24 betreffende een terugkeer van de Nephilim. De documentatie van "ontvoerden" over de hele wereld en de verhalen over het oogsten van DNA door "buitenaardse wezens" herinnerden hem aan de geschiedenis van biologisch misbruik door de Wachters en brachten Thomas tot de conclusie dat de identiteit van de Wachters, en wie de buitenaardse entiteiten ook zijn, op de een of andere manier met elkaar verbonden zijn. Dr. Thomas vertelde ons persoonlijk dat de speciale begeerte van deze onbekende agenten naar menselijke en dierlijke moleculaire materie verklaarde "waarom er dieren zijn gedood, verminkt en gestolen door de buitenaardse wezens in UFO-gebieden." Gerespecteerd UFO onderzoeker, Dr. Jacques F. Vallée, stelde soortgelijke vragen.

Om zich te materialiseren en een definitieve vorm aan te nemen, schijnen deze entiteiten een energiebron nodig te hebben... een levend wezen... een menselijk medium... Onze wetenschappen hebben nog niet het punt bereikt waarop zij ons een soort werkhypothese voor dit proces kunnen bieden. Maar we kunnen speculeren dat deze wezens levende energie nodig hebben die ze kunnen reconstrueren in fysieke vorm. Misschien is dat de reden waarom honden en dieren de neiging hebben te verdwijnen in deze gebieden. Misschien worden de levende cellen van die dieren op de een of andere manier door de ultraterrestrials gebruikt om vormen te creëren die wij met onze beperkte waarnemingen kunnen zien en voelen.[v]

Of er nu wel of niet een verband bestaat tussen de oude kracht achter het verhaal van de Wachters en de moderne "buitenaardse ontvoerings"-activiteiten die door Vallée en anderen zijn gedocumenteerd en waarbij mensen en dieren biologisch worden geoogst, verslagen uit de oudheid spreken over nog een andere mysterieuze mogelijkheid met betrekking tot deze Wachters en hun nakomelingen - dat zij op bepaalde momenten in de tijd kunnen terugkeren naar "fysieke vorm", iets waarvan sommigen geloven dat zij van plan zijn dit zeer binnenkort te herhalen.

Hebben oude verslagen de aankomst van geavanceerde buitenaardse levensvormen gedocumenteerd... of iets anders?

De bijbelse (en volgens ons juiste) interpretatie van wat er gebeurde na de eerste inval van de Strijdwagens van de Gevallen Ster begint met de Oorspronkelijke Openbaring. Dit betekent dat er een perfecte openbaring was van God aan de mens ten tijde van de Schepping. De eerste mens, Adam, was één met God en nam goddelijke kennis waar vanuit de geest van God. De mens was "in tune", in harmonie, met de mentale processen van God en begreep daarom wat God wist over wetenschap, astronomie, kosmogonie, geologie, eschatologie, enzovoorts.

Na de zondeval was Adam "losgemaakt" van de geest van God, maar behield een onvolmaakte herinnering aan de goddelijke openbaring, waaronder kennis van Gods verlossingsplan. In de decennia na de zondeval begonnen zich twee dingen voor te doen: 1) De informatie uit de Oorspronkelijke Openbaring raakte ver verwijderd en vervormd toen zij onder de volkeren werd verspreid en van generatie op generatie werd doorgegeven; en 2) Het rijk van de Gevallen Ster (Satan) maakte van deze gelegenheid gebruik om aanbidding te ontvangen en de mensen van Jahweh af te keren door de Oorspronkelijke Openbaring te vervormen en te vervalsen met heidense ideeën en "goden". Dit standpunt lijkt redelijk als men bedenkt dat de vroegste historische en archeologische verslagen van beschavingen over de hele wereld consequent hebben terugverwezen naar, en delen hebben herhaald van een oorspronkelijk verhaal. In hun opzienbarende boek, The Discovery of Genesis, bevestigen ds. C.H. Kang en dr. Ethel R. Nelson dat prehistorische Chinese ideografische afbeeldingen (gebruikt in het zeer oude Chinese schrift) verslag doen van het verhaal van Genesis, inclusief de schepping van de man en de vrouw, de tuin, de verzoeking en de zondeval, de zondvloed, en de toren van Babel. In zijn boek, The Real Meaning of the Zodiac, beweerde Dr. James Kennedy (een andere vriend die inmiddels bij de Heer is) dat de oude tekens van de dierenriem ook wijzen op een unieke en Oorspronkelijke Openbaring - een soort Evangelie in de sterren - en dat de boodschap van de sterren, hoewel gedemoniseerd en omgezet in astrologie na de zondeval van de mens, oorspronkelijk het Evangelie van God vastlegde. Hij schreef:

Er bestaat in de geschriften van vrijwel alle beschaafde naties een beschrijving van de belangrijkste sterren aan de hemel - iets dat hun "Sterrenbeelden van de Dierenriem" of de "Tekens van de Dierenriem" zou kunnen worden genoemd, waarvan er twaalf zijn. Als je teruggaat in de tijd naar Rome, of verder terug naar Griekenland, of daarvoor naar Egypte, Perzië, Assyrië, of Babylonië - hoe ver je ook teruggaat, er is een opmerkelijk verschijnsel: Bijna alle naties hadden dezelfde twaalf tekens, die dezelfde twaalf dingen voorstelden, geplaatst in dezelfde volgorde .... Het boek Job, dat door velen wordt beschouwd als het oudste boek van de Bijbel, gaat terug tot ongeveer 2150 v. Chr., dat is 650 jaar voordat Mozes op het toneel verscheen om de Pentateuch te schrijven; meer dan 1100 jaar voordat Homerus de Odyssee en de Ilias schreef; en 1500 jaar voordat Thales, de eerste der filosofen, werd geboren. In hoofdstuk 38 breekt God eindelijk in en spreekt tot Job en tot zijn valse troosters. Terwijl Hij Job ondervraagt en hem en zijn metgezellen hun onwetendheid toont, zegt God tot hen: "Kunt gij de banden van de Pleiaden vastbinden, of de banden van Orion losmaken? Kunt gij Mazzaroth voortbrengen op zijn tijd? Of kunt gij Arcturus leiden met zijn zonen?" (Job 38:31, 32). We zien hier een verwijzing naar de sterrenbeelden Orion en Pleiaden, en de ster Arcturus. Ook is er in het boek Job een verwijzing naar Cetus, het zeemonster, en naar Draco, de grote draak. Ik vraag uw aandacht voor Job 38:32a: "Kunt gij Mazzaroth voortbrengen op zijn tijd?" Mazzaroth is een Hebreeuws woord dat "De Sterrenbeelden van de Dierenriem" betekent. In wat misschien wel het oudste boek in de hele menselijke geschiedenis is, vinden we dat de sterrenbeelden van de dierenriem al duidelijk bekend en begrepen werden... Nu we duidelijk hebben gemaakt dat de Bijbel uitdrukkelijk, expliciet en herhaaldelijk veroordeelt wat nu bekend staat als astrologie, blijft het een feit dat er een door God gegeven Evangelie [universeel erkende Oorspronkelijke Openbaring] in de sterren was, dat voorbij en achter datgene ligt wat nu bedorven is.[vi]

In Dr. Kennedy's boek en in zijn preken over dit onderwerp veroordeelde hij krachtig de praktijk van de astrologie, terwijl hij als zijn mening verkondigde dat de sterrenbeelden van de dierenriem waarschijnlijk door God aan de eerste mens waren gegeven als "vastleggers" van de Oorspronkelijke Openbaring van God. Als de primaire aanname van de Bijbelse Kijk juist is - dat een Oorspronkelijke Openbaring na de zondeval van de mens werd bedorven en vervolgens ontaardde in de mythologieën van de heidense goden - dan zou men in staat moeten zijn om talloze voorbeelden van een dergelijk bederf te vinden, zo ver terug als het begin van de geschiedenis, en binnen verschillende beschavingen over de hele wereld. Aangezien de mythen achter de goden dus "geleende" ideeën zouden zijn, zouden de verdraaide teksten gelijkenis vertonen met de oorspronkelijke waarheid, en in die zin bewijs zijn van een enkelvoudige en oorspronkelijke openbaring. Bovendien, als de vervormingen van de oorspronkelijke openbaring in feite werden aangedreven door een kwaadaardig bovennaturalisme, dan zou het doel van de veranderingen zijn om mensen weg te trekken van de aanbidding van Jahweh en in misleiding te brengen. In bepaalde oude legenden - zoals de Enuma Elisj, het Adapa-epos en het Epos van Gilgamesh - ontdekken we juist zulke vroege sporen van een oorspronkelijke openbaring die werd geplagieerd om de mythologieën van de heidense goden te construeren.

Dit is op verschillende niveaus intrigerend. Ten eerste, hoewel de betekenis van de Mazzaroth onzeker is, is de meeste interpretatie van het woord "sterrenbeelden" een variant van een soortgelijke term mazzālôṯ, die ook voorkomt in 2 Koningen 23:5. Dit lijkt de juiste lezing te zijn, aangezien we het gebruik ervan zien in het rabbinaal Hebreeuws, waar het in het algemeen verwijst naar de tekens van de dierenriem, planeten, of constellaties. De Hebreeuwse Bijbel onthult dat sterren door tovenaars werden gebruikt om de toekomst te voorspellen (Jesaja 47:13) en dat de verering van astrale godheden wijdverbreid was in de oude cultuur van het Nabije Oosten (vgl. Deuteronomium 4:19; 2 Koningen 17:16). Hoewel sterren door eigenzinnige Israëlieten als godheden werden aanbeden (Jeremia 8:2), wordt dit in het Oude Testament als afgoderij afgewezen (Amos 5:26) omdat God ze schiep (Genesis 1:16). In de geschriften van de profeet Daniël komen astrologen opvallend voor aan het hof van de Babylonische koning Nebukadnezar (Daniël 2:27; 4:7; 5:7, 11). Laten we nu de passage in Job onderzoeken waarvan velen geloven dat deze spreekt over de Oorspronkelijke Openbaring.

>MEER DAN 10 JAAR IN DE MAAK! DOCUMENTAIRE TOONT INSIDERS VAN HET PENTAGON, WETENSCHAPPERS, THEOLOGIE-EXPERTS OVER UFO'S EN DE KOMENDE GROTE MISLEIDING (VERSCHIJNT IN AUGUSTUS)

Het boek Job beschrijft drie cycli van debatten tussen Job en zijn vrienden (eerste: 3-14; tweede: 15-21; derde: 22-26) die toenemen in gepassioneerde intensiteit als zijn drie vrienden beweren dat Job lijdt vanwege zijn zonden, terwijl Job zijn onschuld verdedigt met toenemende kracht. De Heer zelf beëindigt het debat door tot Job te spreken over Zijn macht en wijsheid in het scheppen en in stand houden van de wereld, al haar schepselen, en zelfs de sterren aan de hemel (38-39). Wat dit laatste betreft, spreekt de Heer in Job 38:31-33 specifiek, zelfs namen noemend:

Kunt gij de banden van de Pleiaden vastbinden,

Of de banden van Orion losmaken?

Kunt gij Mazzaroth voortbrengen op zijn tijd?

Of kunt gij Arcturus leiden met zijn zonen?

Kent gij de verordeningen des hemels?

Kunt gij de heerschappij daarvan op de aarde zetten?

De Bijbel vertelt ons ook dat God "het getal der sterren vertelt; Hij noemt ze allen bij hun naam" (Psalmen 147:4) en het boek Henoch getuigt dat een engel de cijfers van de sterrenbeelden aan Henoch openbaarde. Hoewel deze sterrenbeelden later door heidenen werden verdraaid, zijn er aanwijzingen dat de oorspronkelijke openbaring niet geheel verloren is gegaan. Hoewel het bewijs schaars is, schreef een middeleeuwse Perzische astroloog, Albumasar (787-886 AD), in de achtste eeuw: "In de sfeer van Perzië, zegt Aben Ezra, ontstaat er op het gezicht van het teken Maagd een mooie maagd, die twee korenaren in haar hand houdt, en een kind in haar arm: Zij voedt hem en laat hem zuigen... Zij baart een kind in een plaats die Abrie [het Hebreeuwse land] wordt genoemd, en de naam van het kind wordt Eisi [Jezus] genoemd. "[vii]

Deze theorie stelt dat God de Oorspronkelijke Openbaring heeft gecodeerd in de twaalf constellaties en decans. Elk sterrenbeeld heeft drie decans voor een totaal van zesendertig decans. Als voorbeeld van hoe dit werkt, worden Maagd en zijn drie decanen als volgt uitgelegd:

  1. Maagd: een maagd met een tak en schoven tarwe en koren
  2. Coma, de gewenste: een maagd die een jongen vasthoudt
  3. Centaurus [Centaur], de centaur: de begeerde zoon heeft twee naturen en doodt het "Slachtoffer"
  4. Bootes [Herder], de komende: een man die een speer en een sikkel vasthoudt

De Oorspronkelijke Openbaring openbaart Maria die een Zoon baart, de rechtvaardige tak van Juda (Jeremia 23:5). In Coma is dat kind "het verlangen van alle volken" (Haggai 2:7), en ligt het op de schoot van de maagd. De Zoon wordt volwassen afgebeeld in Centaurus; een centaur symboliseert Zijn dubbele natuur als God en mens. In Bootes is de "komende" met een sikkel een rechter en overwinnaar geworden (Marcus 4:29; Openbaring 19:11). Op deze manier legt elk van de twaalf sterrenbeelden de heilsgeschiedenis vast aan de hemel. Dit idee is vrijwel verloren gegaan in de geschiedenis.

In het begin van de negentiende eeuw ontdekte Frances Rolleston, een geleerde op het gebied van de oude talen, de hoofdlijnen van hoe de sterrenbeelden van Christus getuigen. Haar werk Mazzaroth, or the Constellations (1802) werd bijna genegeerd totdat het gepopulariseerd werd door twee bijbelgeleerden: een Amerikaan, Joseph Seiss met zijn boek, The Gospel in the Stars or Primeval Astronomy (1910); en een Brit, E.W. Bullinger met zijn boek, The Witness of the Stars (1893). Hoewel het buiten het bestek van ons boek valt om een gedetailleerd verslag te geven, bevelen wij de lezer deze werken aan.

Het is belangrijk om de omvang te overwegen van wat hier wordt gezegd. Natuurkundigen begrijpen dat de wetten van de hemelmechanica zo nauwkeurig werken dat het universum loopt als een fijn ontworpen klok. Bijgevolg kunnen wij met grote precisie weten waar de sterren in de toekomst zullen staan en waar zij in het verleden stonden. Dit onthult veel over God, gezien het bewijs dat Hij de precieze datum van Jezus' geboorte in de sterren registreerde, en vervolgens Johannes inspireerde om dit in het boek Openbaring vast te leggen. Veel geleerden begrijpen dit als astrale profetie: "En er verscheen een groot wonder in de hemel, een vrouw bekleed met de zon, en de maan onder haar voeten, en op haar hoofd een kroon van twaalf sterren" (Openbaring 12:1). Dr. Ernest L. Martin legt uit dat Openbaring 12:1-5 overeenkomt met deze uitlijning van de sterrenbeelden tot een kwestie van minuten.

De geboorte van dit kind in Openbaring 12 (dat Johannes identificeerde met Jezus) moet hebben plaatsgevonden terwijl de Zon de vrouw "bekleedde", toen de Zon in het midden van Maagd stond. Deze tijdsperiode in 3 v. Chr. besloeg 20 dagen (27 augustus tot 15 september). Als Jezus binnen die periode van 20 dagen werd geboren, zou dat zeer opmerkelijk passen in het getuigenis van Lucas (met betrekking tot de geboorte van Johannes de Doper en de achtste beurt van Abijah). Inderdaad plaatsen de chronologische aanwijzingen in verband met de priesterlijke beurt van Abijah de geboorte van Jezus precies binnen deze periode. Maar er is een manier om tot een veel dichter bij de tijd voor Jezus' geboorte te komen dan een eenvoudige periode van 20 dagen. De positie van de maan in het visioen van Johannes plaatst de geboorte binnen een dag - zelfs binnen een periode van anderhalf uur (binnen 90 minuten) op die dag. Dit mag aan de oppervlakte een absurde inschatting lijken, maar het is heel goed mogelijk. [viii]

Dr. Martin's boek, The Star that Astonished the World, is gratis te lezen op het internet, dus u kunt de eindnoot hierboven volgen om meer te lezen. De implicaties zijn diepgaand. Aangezien God de precieze tijd van Jezus' geboorte binnen een tijdsbestek van negentig minuten heeft gecodeerd en de wetten van de fysica deterministisch en voorspelbaar zijn, impliceert dit dat dit alles vanaf de allereerste seconde van de Schepping was gepland. We hebben een ontzagwekkende God!

Maar natuurlijk zouden Gods vijanden zulke verbazingwekkende informatie willen onderdrukken. In gedachten houdend dat het sterrenbeeld Bootes [Herder] een decanaat van Maagd is en Christus zou symboliseren in de Oorspronkelijke Openbaring, laten we onderzoeken wat ermee gebeurde na de Grote Zondvloed van Noach.

VOLGENDE KEER: Misleiding voorbij Arcturus

Eindnoten:

[i] Erich von Däniken, Chariots of the Gods (NewYork: G.P. Putnam’s Sons, 1970), 10.

[ii] Ibid., 26.

[iii] “Ancient astronauts,” Wikipedia, The Free Encyclopedia , last modified December 2, 2012, http://en.wikipedia.org/wiki/Ancient_astronauts .

[iv] Ibid.

[v] Jacques Vallée, The Invisible College: What a Group of Scientists Has Discovered About UFO Influences on the Human Race (New York: Dutton, 1975), 233.

[vi] Dr. James Kennedy, PhD, The Real Meaning of the Zodiac (Ft. Lauderdale, FL: TCRM, 1993), 6–8.

[vii] Ancient Universal History , vol . 5, pp . 415 to 419. Viewable here: Sacred-Texts.com , last accessed January 11, 2013, http://www.sacred-texts.com/astro/ptb/ptb03.htm .

[viii] Ernest L. Martin, The Star that Astonished the World (1996), as quoted here: “The Time of Jesus’ Birth,” Associates for Scriptural Knowledge , last accessed January 11, 2013, http://askelm.com/star/star006.htm .

Bron: | THE COMING GREAT DECEPTION—PART 26: First Incursion of the Chariots of the (Fallen Star) Gods