www.wimjongman.nl

(homepagina)


TOP GEHEIM - Deel 32: Waar de vitaliteit van Osiris/Apollo (het Beest dat was, en niet is, en toch is) pulseert in afwachting van zijn uiteindelijke "verrijzenis"

22 april 2021 - door SkyWatch Editor

Deel 1 - Deel 2 - Deel 3 - Deel 4 - Deel 5 - Deel 6 - Deel 7 - Deel 8 - Deel 9 - Deel 10 - Deel 11
Deel 12 - Deel 13 - Deel 14 - Deel 15 - Deel 16 - Deel 17 - Deel 18 - Deel 19 - Deel 20 - Deel 21
Deel 22 - Deel 23 - Deel 24 - Deel 25 - Deel 26 - Deel 27 - Deel 28 - Deel 29 - Deel 30 - Deel 31
Deel 32 - Deel 33

De 330 ton wegende obelisk op het Sint-Pietersplein in Vaticaanstad is niet zomaar een obelisk. Hij werd tijdens de vijfde dynastie van Egypte uit één blok rood graniet gehouwen om als de opgerichte fallus van Osiris te staan in de Tempel van de Zon in het oude Heliopolis, de stad van "On" in de Bijbel, gewijd aan Ra, Osiris en Isis. De obelisk werd door keizer Augustus van Heliopolis naar het Forum Julianum van Alexandrië overgebracht en later (ongeveer in 37 na Chr.) door Caligula naar Rome overgebracht om daar op de ruggengraat van het circus te staan. Daar, onder Nero, hield de opwindende aanwezigheid ervan een tegenwicht tegen ontelbare wrede christelijke executies, waaronder het martelaarschap van de apostel Petrus (volgens sommige historici). Meer dan vijftienhonderd jaar later gaf Paus Sixtus V honderden arbeiders onder leiding van de beroemde ingenieurs-architecten Giovanni en Domenico Fontana (die ook drie andere oude obelisken in de oude Romeinse stad hadden opgericht, waaronder een obelisk gewijd aan Osiris door Ramses III - op de Piazza del Popolo, Piazza di S. Maria Maggiore, en Piazza di S. Giovanni in Laterano) opdracht de fallische zuil te verplaatsen naar het midden van het Sint Pietersplein in Rome. Dit bleek een ontzaglijke taak, die meer dan vier maanden, negenhonderd arbeiders, honderdveertig paarden en zeventig lieren in beslag nam. Hoewel de obelisk sindsdien door ontelbare bewonderaars op zijn huidige plaats wordt vereerd, werd de nabijheid van de obelisk bij de oude basiliek vroeger "als een soort provocatie ervaren, bijna als een belediging van de christelijke godsdienst. De obelisk stond daar als een vals afgodsbeeld, als het ware ijdel, op wat men beschouwde als het middelpunt van het vervloekte circus waar de eerste christenen en St. Petrus ter dood waren gebracht. De zijkanten ervan waren, toen evenals nu, gegraveerd met toewijdingen aan [de ergste der meedogenloze heidenen] Augustus en Tiberius."[i]

Het feit dat veel traditionele katholieken en protestanten dergelijke afgodsbeelden van steen niet alleen beschouwden als voorwerpen van heidense aanbidding, maar als de aanbidding van demonen (zie Handelingen 7:41-42; Psalmen 96:5; en 1 Korintiërs 10:20) maakt wat paus Sixtus motiveerde om de fallus van Osiris op te richten in het hart van het Sint-Pietersplein, gelegen in Vaticaanstad en grenzend aan de Sint-Pietersbasiliek, zeer merkwaardig. Voor de oude christenen zou de afbeelding van een kruis en het symbool van Jezus, zittend bovenop (of uitstralend uit) het hoofd van de opgerichte mannelijkheid van een duivelse god, op zijn minst een zeer ernstige godslastering zijn geweest. Toch was Sixtus niet tevreden met het eenvoudigweg restaureren en gebruiken van dergelijke oude heidense relikwieën (waarvan men in die dagen geloofde dat zij de heidense geest die zij vertegenwoordigden huisvestten), maar vernietigde hij zelfs Christelijke artefacten in het proces. Michael W. Cole, universitair hoofddocent aan de afdeling kunstgeschiedenis van de Universiteit van Pennsylvania, en professor Rebecca E. Zorach, universitair hoofddocent kunstgeschiedenis aan de Universiteit van Chicago, werpen hierover kritische vragen op in hun wetenschappelijke boek The Idol in the Age of Art, wanneer zij stellen:

Terwijl Gregorius, om de kroniekschrijvers te volgen, de imagines daemonem [demonische beelden] van de stad ritueel uit elkaar had gehaald, herstelde Sixtus wat in verval was, voegde ontbrekende onderdelen toe, en maakte van de "afgoden" prominente stedelijke kenmerken. Twee van de vier obelisken moesten worden gereconstrueerd uit gevonden of opgegraven stukken... De paus was er zelfs content mee om christelijke antiquiteiten te vernietigen in het proces: zoals Jennifer Montagu heeft opgemerkt, kwam het brons voor de beelden van Petrus en Paulus uit de middeleeuwse deuren van S. Agnese, uit de Scala Santa in het Lateraan, en uit een ciborie in de Sint Pieter.

[Sixtus] moet zich gerealiseerd hebben dat ze, vooral bij hun werk aan de twee [kapotte obelisken], niet alleen gewonde objecten repareerden, maar ook een type herstelden... In zijn klassieke boek The Gothic Idol liet Michael Camille letterlijk tientallen middeleeuwse beelden zien waarin de vrijstaande figuur bovenop een zuil een heidens afgodsbeeld voorstelde. Alleen al de hoeveelheid voorbeelden van Camille maakt duidelijk dat het apparaat, en waar het voor stond, voor middeleeuwse kijkers onmiddellijk herkenbaar zou zijn geweest, en er is geen reden om aan te nemen dat dit ten tijde van Sixtus niet meer het geval was.[ii]

Het belangrijke punt dat de professoren Cole en Zorach naar voren brengen is dat in de tijd dat Sixtus bezig was gerestaureerde beelden en standbeelden op zuilen te herintroduceren op het Romeinse openbare plein, het geloof sterk bleef dat deze afgodsbeelden hun beschermgod herbergden, en verder dat, als deze niet op de juiste manier werden behandeld en zelfs in dienst werden genomen tijdens de juiste constellaties die verband hielden met hun mythe, dit kwade voortekenen zou kunnen uitlokken. Leonardo da Vinci had zelfs in zijn Codex Urbinas geschreven hoe degenen die het beeld aanbaden en er voor baden, waarschijnlijk geloofden dat de god die het voorstelde in de steen leefde en hun gedrag gadesloeg. Er zijn sterke aanwijzingen dat Sixtus dit ook geloofde en dat hij zich "zorgen maakte over de machten die zijn nieuwe stedelijke markeerpunten zouden kunnen bewonen"[iii] Dit was duidelijk te zien toen het kruis bovenop de obelisk midden op het Sint Pietersplein werd geplaatst en de paus de gelegenheid te baat nam door de oude exorcismerite uit te voeren tegen het fallische symbool. Aanvankelijk was de gebeurtenis gepland op 14 september, om samen te vallen met het liturgische feest van de kruisverheffing en niet toevallig onder het dierenriemteken Maagd (Isis), maar het evenement werd uitgesteld tot later in de maand en viel onder het teken Weegschaal, dat een hoogtepunt van het jaar vertegenwoordigt. Op die ochtend werd een pontificale hoogmis gehouden vlak voordat het kruis van een draagbaar altaar naar de top van Baäls schacht werd gehesen (zoals dergelijke fallische torens ook wel werden genoemd). Terwijl de geestelijken baden en een koor psalmen zong, stond Paus Sixtus met zijn gezicht naar de obelisk en kondigde aan, terwijl hij zijn hand uitstrekte naar de obelisk: "Exorcizote, creaturalapidis, in nomine Dei" ("Ik drijf je uit, schepsel van steen, in de naam van God"). Sixtus goot vervolgens geheiligd water op het midden van de pilaar, dan de rechterkant, dan de linkerkant, dan erboven, en tenslotte eronder om een kruis te vormen, gevolgd door: "In nomine Patris, et Filij, et Spiritussancti. Amen" ("In de naam van de Vader en van de Zoon en van de Heilige Geest. Amen"). Vervolgens sloeg hij driemaal een kruis en keek toe hoe het symbool van Christus bovenop de opgerichte fallus van Osiris werd geplaatst.

Maar als datgene wat Sixtus in het hart van Vaticaanstad tot stand bracht, sommige lezers enige vrees inboezemt (talrijke andere gebeurtenissen van Sixtus brachten de Sixtijnse stad op één lijn met sterrenbeelden die heilig zijn voor Osiris en Isis, waarover wij het hier niet hebben, maar die de profs. Zorach en Cole tot de conclusie bracht dat Sixtus uiteindelijk in de gunst van de heidense goden wilde blijven), in Washington, DC, bij het westelijke einde van de National Mall, geeft de obelisk, gebouwd door vrijmetselaars en gewijd aan Amerika's eerste president, de volle betekenis aan de door de Nephilim-oorsprong en moderne indruk van de porno-industrie dat "grootte belangrijk is". Dit is geen grove verklaring, zoals adepten van rituele sex-magie weten, en gaat terug op oude vrouwen die het nageslacht van de goden wilden baren en die de grootte van het mannelijke voortplantingsorgaan beschouwden als een indicatie van de "reusachtige" genetica of het goddelijke zaad dat nodig was voor zulk nageslacht. Hoewel dergelijke fallische symbolen in culturen over de hele wereld werden en nog steeds worden aangetroffen, begon in het oude Egypte de devotie voor dit soort "obscene goddelijkheid" met Amun-Min en bereikte zij haar hoogtepunt in de obelisken van Osiris.

In Griekenland en Rome werd de god Priapus (zoon van Aphrodite) aangeroepen als een symbool van dergelijke goddelijke vruchtbaarheid en werd hij later rechtstreeks in verband gebracht met de pornografiecultus die tot uiting komt in de modernere gevoelens over "grootte". Dit is belangrijk omdat, naast het feit dat het Washington Monument opzettelijk werd gebouwd om de hoogste obelisk in zijn soort ter wereld te zijn met een hoogte van 6666 (sommigen zeggen 6660) duim en een breedte van 666 duim aan elke kant bij de basis, een van de oorspronkelijke concepten voor het Washington Monument Apollo (de Griekse versie van Osiris) omvatte die triomfantelijk terugkeerde in zijn hemelse strijdwagen, en een ander een toren "zoals die van Babel" als hoofd had. Elk van deze ontwerpen zou even geschikt zijn geweest voor de 3300 pond wegende piramidale sluitsteen die er nu op staat, omdat alle drie de concepten de betekenis in zich droegen die nodig was om te bereiken wat wijlen onderzoeker David Flynn beschreef als "dezelfde geheime kennis die bewaard is gebleven door de mysteriescholen sinds de tijd van de Pelasgen [die] de moderne Isis Osiris-verering vertonen. "Dit wil zeggen dat het "zaad" dat uit een hoofd in de vorm van een Toren van Isabel zou komen, op magische wijze hetzelfde zou voortbrengen als wat uit de bestaande Egyptische deksteen zou voortkomen - het nageslacht van Apollo/Osiris/Nimrod.

VERBIJSTERENDE 2,5 UUR DURENDE DAYSTAR PRESENTATIE IS SLECHTS EEN TOESPELING VAN WAT ER IN JUNI-JULI OP SKYWATCH TV KOMT!

De grootste geesten in de vrijmetselarij, wier overtuigingen de toon zetten voor het ontwerp van de hoofdstad, haar Groot Zegel, haar koepel en haar obelisk, begrepen en schreven over deze intentie. Albert Pike beschreef het als Isis en Osiris "Actieve en Passieve Principes van het Universum...gewoonlijk gesymboliseerd door de generatieve delen van man en vrouw,"[v] en Vrijmetselaar Albert Mackey beschreef niet alleen de obelisk, maar voegde er het belang van de cirkel rond de basis aan toe, zeggende: "De Phallus was een imitatie van het mannelijke generatieve orgaan. Het werd voorgesteld...door een zuil [obelisk] die omgeven was door een cirkel aan de basis."[vi]

In Egypte, waar de parodieën en rituelen voor het tot leven wekken van Osiris door middel van deze magische constructies werden geperfectioneerd, diende de farao als het "geschikte verlengstuk" voor de herboren god om zijn intrek in te nemen, terwijl de "geslachtsdaad" werd geritualiseerd in de tempel van Amun-Ra. Het alziend oog van Horus/Osiris/Apollo boven de onvoltooide piramide op het Groot Zegel van de Verenigde Staten voorspelt het hoogtepunt van deze gebeurtenis - de daadwerkelijke terugkeer van Osiris - voor de Verenigde Staten kort na het jaar 2012, en de koepel en obelisk staan klaar voor het metafysische ritueel dat in het geheim door de elite zal worden uitgevoerd. Wij gebruiken de uitdrukking "in het geheim uitgevoerd" omdat wat de overgrote meerderheid van de mensen in heel Amerika niet weet, is dat de "opvoedings" ceremonie nog steeds wordt uitgevoerd in het hoofdkwartier van de Schotse Rite der Vrijmetselarij in het Huis van de Tempel door de Opperste Raad 33e Graads boven Washington, DC, om tenminste twee redenen. Ten eerste bevat het ritueel, telkens wanneer een vrijmetselaar het meesterniveau bereikt, een parodie die de dood, de begrafenis en de toekomstige herrijzenis van Hiram Abiff (Osiris) voorstelt. De wereld in het algemeen kreeg eindelijk een glimp te zien van dit gebruik toen Dan Brown in zijn boek The Lost Symbol opende met een scène die het begin van de traditie uitbeeldt:

Het geheim is hoe te sterven.

Sinds het begin der tijden was het geheim altijd hoe te sterven.

De vierendertigjarige ingewijde staarde neer op de menselijke schedel, gewiegd in zijn handpalmen. De schedel was hol, als een kom, gevuld met bloedrode wijn.

Drink het, zei hij tegen zichzelf. Je hebt niets te vrezen.

Traditiegetrouw was hij zijn reis begonnen in het rituele gewaad van een middeleeuwse ketter die naar de galg werd geleid, zijn loszittende overhemd wijd open om zijn bleke borst te onthullen, zijn linker broekspijp opgestroopt tot aan de knie en zijn rechtermouw opgestroopt tot aan de elleboog. Om zijn nek hing een zware strop, een "kabelstrop" zoals de broeders het noemden. Maar vanavond was hij, net als de broeders die getuige waren, gekleed als een meester.

De broeders die hem omringden waren allen getooid met hun schorten van lamsvel, sjerpen en witte handschoenen. Om hun hals hingen ceremoniële juwelen die als spookogen glinsterden in het gedempte licht. Velen van hen bekleedden machtige posities in het leven, en toch wist de ingewijde dat hun wereldse rangen binnen deze muren niets betekenden. Hier waren alle mannen gelijken, gezworen broeders die een mystieke band deelden.

Terwijl hij de ontzagwekkende vergadering overzag, vroeg de ingewijde zich af wie van de buitenwereld ooit zou geloven dat deze verzameling mannen op één plaats bijeen zou komen... laat staan op deze plaats. De kamer zag eruit als een heiligdom uit de oude wereld.

De waarheid, echter, was nog vreemder.

Ik ben slechts blokken verwijderd van het Witte Huis.

Dit kolossale bouwwerk, gelegen aan 1733 Sixteenth Street NW in Washington, D.C., was een replica van een voorchristelijke tempel - de tempel van Koning Mausolus, het oorspronkelijke mausoleum... een plaats om na de dood te worden opgenomen. Buiten de hoofdingang bewaakten twee zeventien ton wegende sfinxen de bronzen deuren. Het interieur was een sierlijk labyrint van rituele kamers, zalen, verzegelde gewelven, bibliotheken, en zelfs een hallowand die de resten van twee menselijke lichamen bevatte. De ingewijde was verteld dat elke kamer in het gebouw een geheim bevatte, en toch wist hij dat geen enkele kamer diepere geheimen bevatte dan de gigantische kamer waarin hij op dit moment knielde met een schedel in zijn handpalmen wiegend.

De Tempelkamer[vii].

Hoewel een dergelijk drama uitstekende fictie oplevert, blijkt Het Verloren Symbool in het beste geval een liefdesfeest en in het slechtste geval een doofpotaffaire tussen Dan Brown en de Vrijmetselaars. Maar één ding dat Brown zei is waar: de Tempelkamer in de Heredom herbergt een belangrijk geheim. We zijn er geweest, hebben er binnen gestaan en hebben onder onze adem om bescherming gebeden, want volgens onze bronnen (die feiten hebben aangedragen die niet zijn ontkend toen we werden geïnterviewd door een Amerikaans congreslid, een Amerikaanse senator, en zelfs een 33e Graad Vrijmetselaar in zijn radioshow), wordt, naast wanneer een Vrijmetselaar het Meesterniveau bereikt, de oude oprichtingsceremonie uitgevoerd na de verkiezing van een Amerikaanse president - net zoals hun Egyptische voorvaderen deden in de tempel van Amun-Ra in Karnak - in overeenstemming met de traditie om in hem de representatieve geest van Osiris te installeren tot de tijd dat de god zelf de profetie van het Grote Zegel zal vervullen en in levenden lijve zal terugkeren.

In de proloog van het boek van 33e Graad Vrijmetselaar Manly P. Hall, The Lost Keys of Freemasonry, wordt in detail het onderliggende en bekende verhaal verteld van Hiram Abiff (Osiris), die op weg gaat om de tempel van de Grote Architect van het Universum te bouwen, maar wordt gedood door drie schimmen. Dit verhaal, dat telkens wordt nagespeeld wanneer een ingewijde het niveau van Meester Vrijmetselaar bereikt, is door vrijmetselaren toegegeven een hervertelling van het doods-epos van de god Osiris. In Lost Keys vertelt Hall hoe de Grote Architect Hiram (Osiris) de schraagbord geeft voor de bouw van de grote tempel, en wanneer hij wordt gedood door drie schurken, laat de Grote Architect hem baden in "een hemelse glorie", zoals in de glorie die het alziende oog van Osiris omgeeft boven de piramide op het Grote Zegel. Daarna draagt de Grote Architect degenen die het gebouw willen voltooien op, het lichaam van Hiram (Osiris) te vinden en hem uit de dood op te wekken. Wanneer dit is volbracht, zal het grote werk zijn voltooid en zal de god de (derde) tempel bewonen:

Zoekt gij waar de gebroken twijg ligt en de dode stok wegschimmelt, waar de wolken samen drijven en de stenen rusten bij de helling, want al deze merken het graf van Hiram [Osiris] die mijn Wil met zich heeft meegedragen naar het graf. Deze eeuwige zoektocht is de uwe, totdat gij uw Bouwer hebt gevonden, totdat de beker zijn geheim prijsgeeft, totdat het graf zijn geesten prijsgeeft. Ik zal niet meer spreken totdat gij mijn geliefde Zoon [Osiris] hebt gevonden en opgewekt, en hebt geluisterd naar de woorden van mijn Boodschapper en met Hem als uw gids de tempel hebt voltooid die ik dan zal bewonen. Amen.[viii]

De verschijning van de onbedekte piramide van Gizeh op het Grootzegel van de Verenigde Staten is dus een echo van de oude heidense zowel als vrijmetselaars overtuigingen betreffende de oude mysteriën en de profetie van de terugkeer van Osiris/Apollo/Nimrod. In Rosicrucian and Masonic Origins legt Hall, die in The Secret Teachings of All Ages had gezegd dat de Grote Piramide "het graf van Osiris was,"[ix] uit dat Preston, Gould, Mackey, Oliver, Pike, en bijna elke andere grote historicus van de Vrijmetselarij zich bewust waren van dit verband tussen de Vrijmetselarij en de oude mysteriën en primitieve ceremoniën die op Osiris waren gebaseerd. "Deze vooraanstaande vrijmetselaars hebben allen in de legende van Hiram Abiff een bewerking van de Osiris-mythe herkend; noch ontkennen zij dat het grootste deel van de symboliek van het ambacht is afgeleid van de heidense instellingen uit de oudheid, toen de goden op geheime plaatsen werden vereerd met vreemde figuren en passende rituelen. "In Morals and Dogma somde Albert Pike zelfs de esoterische betekenis van het Osiris-epos uitvoerig op, en voegde eraan toe dat de lagere vrijmetselaars (de blauwe vrijmetselarij) onwetend zijn over de ware betekenis ervan, die alleen bekend is aan hen die "ingewijd zijn in de mysteriën." Pike sprak ook over de ster Sirius - verbonden met Isis en uitvoerig met Lucifer/Satan - die "nog steeds schittert" in de vrijmetselaarsloges als "de vlammende ster". Elders in Morals and Dogma herhaalde Pike dat het "Alziend Oog... het embleem van Osiris was"[xii] en dat de "Zon door de Grieken het Oog van Jupiter, en het Oog van de Wereld werd genoemd; en van hem is het Alziend Oog in onze Loges."[xiii]

Magische vierkanten, 666, en mensenoffers?

Terwijl het vinden van het lichaam van Osiris en het doen herrijzen ervan - hetzij figuurlijk, hetzij letterlijk - centraal staat in de profetische overtuigingen van de Vrijmetselarij, zullen, totdat Apollo/Osiris terugkeert, de formele procedures in het geheim worden voortgezet om in de nationale leider van Amerika het goddelijke recht van koningschap te installeren door middel van de ceremonie van het doen herrijzen van Osiris. Het is zeer belangrijk op te merken hoe, wanneer dit ritueel wordt uitgevoerd in de Tempelzaal van de Heredom, het zich ontvouwt onder een groot zesendertigdelig-paneel dat een gestileerd "magisch 666 vierkant" vormt. Rond de vier zijden van het dakvenster is de gevleugelde zonneschijf te zien. Deze plaatsing boven het altaar is in overeenstemming met historisch occultisme. Egyptische magiërs gebruikten dezelfde symboliek boven het altaar om de zonnegod aan te roepen. In het St. Martin's Press boek Practical Egyptian Magic wordt opgemerkt: "Emblematisch voor het element lucht, bestaat dit uit een cirkel of een zonneschijf omsloten door een paar vleugels. In rituele magie wordt het boven het altaar opgehangen in oostelijke richting en gebruikt bij het inroepen van de bescherming en medewerking van de sylfen." [xiv] De occultist Paracelsus uit de Renaissance beschrijft deze sylfen als onzichtbare wezens van de lucht, entiteiten die in het nieuwtestamentische boek Efeziërs (2:2) worden beschreven als werkend onder "de vorst [Lucifer/Satan] van de macht van de lucht, de geest die nu werkt in de kinderen der ongehoorzaamheid." In de toegepaste magie werd het "magische vierkant van de zon" in de oudheid geassocieerd met het binden of loslaten van de zonnegod Apollo/Osiris en het was het beroemdste van alle magische nutsvoorzieningen omdat de som van elke rij, kolom of diagonaal gelijk is aan het getal 111, terwijl het totaal van alle getallen in het vierkant van 1 tot 36 gelijk is aan 666. In de magische Hebreeuwse Kabbala wordt elke planeet geassocieerd met een getal, intelligentie en geest. De intelligentie van de zon is Nakiel, die gelijk is aan 111, terwijl de geest van de zon Sorath is en gelijk is aan 666. Het is daarom logisch dat Vrijmetselaren de obelisk van het Washington Monument bouwden om een magisch vierkant te vormen aan de basis en om 555 voet boven de aarde te staan, zodat wanneer een lijn wordt getrokken 111 voet er recht onder in de richting van de onderwereld van Osiris, deze gelijk is aan het totaal van 666 (555+111=666) - de exacte waarden van het bindende vierkant van de Zonnegod Apollo/Osiris geïnstalleerd in het plafond erboven waar de Osiris opwekkingsceremonie wordt uitgevoerd in het Huis van de Tempel.

Vrijmetselaar en occultist Aleister Crowley beoefende dergelijke Kabbalah en verbond eveneens het getal 111 met het getal 6, dat hij beschreef als het grootste getal van de zon of zonnegod. Hij gebruikte het magische vierkant in rituelen om contact te maken met een geest die wordt beschreven in The Book of the Sacred Magic of Abramelin the Mage, een werk uit de jaren 1600 of 1700 dat het oproepen van demonen omvat. In Boek Vier van de magische tekst voorziet een reeks magische woordvierkante talismannen in de Heilige Beschermengel van de magiër die verschijnt en occulte geheimen onthult voor het oproepen van en controle krijgen over de twaalf onderwereldautoriteiten, waaronder Lucifer, Satan, Leviathan, en Belial. Naast Crowley gebruikte ook Benjamin Franklin, de meest invloedrijke grondlegger en vrijmetselaar, dergelijke magische vierkanten, maar volgens zijn eigen biografie en talrijke andere gezaghebbende bronnen creëerde hij zelfs magische vierkanten en cirkels voor gebruik door hemzelf en zijn broeders. Maar de vriendelijke verschijning en scherpe scherpzinnigheid van Amerika's beroemdste geschifte vrijmetselaar zou wel eens een nog duisterder geschiedenis kunnen hebben verborgen dan het verhaal dat wordt verteld door die magische vierkanten, die zijn sterke, behendige handen ooit vasthielden. Bekroond filmmaker Christian J. Pinto legt uit:

Een van de meest invloedrijke founding fathers, en de enige van hen die alle oorspronkelijke oprichtingsdocumenten (de Onafhankelijkheidsverklaring, het Verdrag van Parijs en de Amerikaanse grondwet) heeft ondertekend, was Benjamin Franklin. Franklin was... zonder twijfel, zeer betrokken bij de Vrijmetselarij en andere geheime genootschappen. Hij behoorde tot geheime genootschappen in de drie landen die betrokken waren bij de Onafhankelijkheidsoorlog: Amerika, Frankrijk en Engeland. Hij was meester van de vrijmetselaarsloge van Philadelphia; terwijl hij in Frankrijk meester was van de Negen Zusters Lodge, waaruit de Franse Revolutie is voortgekomen. In Engeland sloot hij zich aan bij een rake politieke groep, opgericht door Sir Francis Dashwood (lid van het Parlement, adviseur van Koning George III), genaamd de "Monks of Medmenham Abbey", ook bekend als de "Hellfire Club". Deze achttiende-eeuwse groep wordt als volgt beschreven:

De Hellfire Club was een exclusieve, Engelse club die sporadisch bijeenkwam in het midden van de achttiende eeuw. Het doel was, in het beste geval, het bespotten van traditionele religie en het houden van orgieën. In het slechtste geval ging het om satanische rituelen en offers. De club waartoe Franklin behoorde was opgericht door Francis Dashwood, een parlementslid en vriend van Franklin. De club, die bestond uit "The Superior Order" van twaalf leden, nam naar verluidt deel aan elementaire vormen van satanische verering. Naast deelname aan het occulte, zouden ook orgieën en feesten met prostituees de norm zijn.

Pinto zet deze connectie tussen Benjamin Franklin en duister occultisme voort:

Op 11 februari 1998 meldde de Sunday Times dat tien lichamen waren opgegraven onder Benjamin Franklins huis in Craven Street 36 in Londen. De lichamen waren van vier volwassenen en zes kinderen. Ze werden ontdekt tijdens een kostbare renovatie van Franklins voormalige huis. The Times meldde: "De eerste schattingen zijn dat de botten ongeveer tweehonderd jaar oud zijn en begraven werden in de tijd dat Franklin in het huis woonde, dat van 1757 tot 1762 en van 1764 tot 1775 zijn thuis was. De meeste botten vertonen tekenen van ontleed, gezaagd of gesneden zijn. In één schedel zijn verschillende gaten geboord."

Het oorspronkelijke artikel in de Times meldde dat de botten "diep begraven waren, waarschijnlijk om ze te verbergen omdat grafroof illegaal was." Ze zeiden: "Er kunnen er meer begraven zijn, en dat is waarschijnlijk ook zo." Maar daar houdt het verhaal niet op. Uit latere rapporten van het Benjamin Franklin Huis blijkt dat er niet alleen menselijke resten, maar ook dierlijke resten zijn gevonden. Dit is waar het erg interessant wordt. Uit de gepubliceerde foto's blijkt dat sommige botten zwartgeblakerd of verkoold zijn, als door vuur.... Het is goed gedocumenteerd dat Satanisten rituele moorden uitvoeren op zowel mensen als dieren.[xv]

Terwijl veel geschiedenisstudenten op de hoogte zijn van het magische 666 vierkant en het gebruik ervan door occultisten door de tijd heen om de geest van Apollo/Osiris te controleren, is wat sommigen niet zullen weten hoe dit magische binden en loslaten van bovennatuurlijke entiteiten zich ook uitstrekt tot de testikels van Washington's 6666-inch hoge fallische obelisk, gewijd door Vrijmetselaars tweeënzeventig jaar na 1776 [let opnieuw op het magische getal 72], waar een Bijbel (die Dan Brown identificeerde als het "Verloren Symbool") is ingekapseld in de hoeksteen van zijn 666-inch vierkante basis. Men vraagt zich af wat voor soort bijbel dit is. Als het een Vrijmetselaars versie is, is hij bedekt met occulte symbolen van de Broederschap en Rozenkruisers en het doel om hem zo te omsluiten zou kunnen zijn om de interpretatie van de Schrift door de Vrijmetselaar energie te geven om het zaad van Osiris/Apollo uit de testikels/hoeksteen voort te brengen. Als het een niet Vrijmetselaars Bijbel is, kan het doel zijn om zijn invloed binnen het 666 vierkant te "binden" en zo het zaad van Osiris/Apollo te laten zegevieren. De inwijding van de hoeksteen tijdens de astrologische uitlijning met Maagd/Isis terwijl de zon over Sirius ging, geeft aan dat er inderdaad een hoge mate van magie werd beoogd door degenen die de leiding hadden.[xvi]

VOLGENDE KEER: Geheimen over de komst van Apollo/Osiris

Eindnoten:

[i] James Lees-Milne, Saint Peter’s: The Story of Saint Peter’s Basilica in Rome (Little, Brown, 1967), 221.

[ii] Rebecca Zorach and Michael W. Cole, The Idol in the Age of Art (Ashgate, 2009) 61.

[iii] Rebecca Zorach and Michael W. Cole, The Idol in the Age of Art, 63.

[iv] David Flynn, Cydonia: The Secret Chronicles of Mars (Bozwman, MT: End Time Thunder, 2002) 156.

[v] Albert Pike, Morals and Dogma: Of the Ancient and Accepted Scottish Rite of Freemasonry (Forgotten Books) 401.

[vi] Albert Mackey, A Manual of the Lodge (1870) 56.

[vii]Dan Brown, The Lost Symbol (Anchor; Reprint edition, 2010) 3–4.

[viii] Manly P. Hall, Lost Keys of Freemasonry, Prologue.

[ix] Manly P. Hall, Secret Teachings, 116–120.

[x] Manly P. Hall, “Rosicrucianism and Masonic Origins,” from Lectures on Ancient Philosophy—An Introduction to the Study and Application of Rational Procedure (Los Angeles: Hall, 1929) 397–417.

[xi]Albert Pike, Morals and Dogma, 335.

[xii]Ibid., 16.

[xiii]Ibid., 472.

[xiv] Hope, Murry, Practical Egyptian Magic (New York: St. Martin’s Press, 1984) 107. Quoted by Fritz Springmeier, The Watchtower & the Masons (1990, 1992) 113, 114.

[xv] Thomas Horn, Apollyon Rising 2012, 7–10.

[xvi] Thomas Horn, Zenith 2016 (Crane, MO: Defender, 2013) 324–348.

Bron: TOP SECRET SERIES—PART 32-ND DEGREE: Where the Vitality of Osiris/Apollo (the Beast that Was, and Is Not, and Yet Is) Pulsates in Anticipation of His Final “Raising” » SkyWatchTV