www.wimjongman.nl

(homepagina)

Een te kleine visie: straf

Door Bob O'Dell op 29 april 2019

Ik ben opgegroeid in een omgeving waar mij werd geleerd om de Heer, Zijn gerechtigheid en Zijn oordeel over de wereld te vrezen - kortom Zijn vermogen om de bozen te straffen. Het was niet zo dat dit alles verkeerd was, maar sinds ik Gidon kende en meer tijd besteedde aan het bestuderen van de Joodse wortels van ons geloof, realiseerde ik me dat mijn visie een beetje te beperkt was. Daarom wil ik graag drie voorbeelden van een grotere visie delen.

Voorbeeld #1. Gidon spreekt over Gods terughoudendheid

Ik herinner me dat ik een van Gidons onderwijzingen hoorde over het ochtendgebed. Hij had het over het lofgebed Pesukei Dezimra, dat gebaseerd is op de Psalmen 145-150. In een van zijn lessen vertaalt hij het Joodse gebed dat hij over Psalm 145:8 heeft geschreven alsvolgt:

Hij is barmhartig, zal boeten voor de zonde en niet vernietigen, en onthoudt zich zeer veel van zijn woede, en zal niet al Zijn woede opwekken. (Van Pesukei Dezimra, vertaald door Gidon.)

Gidon zei verder dat zijn vermogen om zich te onthouden van alle woede die gerechtvaardigd is, een bewijs is van Gods macht en kracht! Wanneer God het vermogen en het recht heeft om iets te doen, en Hij weerhoudt Zichzelf ervan om het te doen, dan toont dit Zijn kracht omdat Hij in staat is om Zichzelf in te houden!

Dit kan feitelijk frustrerend zijn voor de rechtvaardigen. Salomo verklaart het:

In mijn eigen korte levensperiode heb ik beide dingen gezien: soms sterft een goed mens ondanks zijn goedheid, en soms blijft een kwaadaardig mens bestaan ondanks zijn kwaadaardigheid. Prediker 7:15 (TIB)

Het lijkt mij dat God in Zijn uitstel tijd geeft voor de goddelozen om zich te bekeren, en uiteindelijk de basis legt voor een rechtvaardig oordeel waarin de goddelozen, na alle voordelen van dit leven te hebben gekregen, zonder verontschuldiging in het oordeel zullen zijn.

Voorbeeld #2. De Torah straft ons streng?

Interessant is dat de Torah in bepaalde gevallen snelle straffen oplegt.

U zult de Shabbat houden, want die is heilig voor u. Wie hem ontheiligt, zal worden gedood; wie er ook werkt, die persoon zal van zijn verwanten worden afgesneden. Exodus 31:13 (TIB)

En Numeri 15:32-36 vertelt het verhaal van een man die hout verzamelde op de Shabbat, en de Heer zei tegen Mozes dat hij zou worden gedood, door de hele gemeente hem met stenen te laten stenigen. Er zijn inderdaad andere doodstraffen die in de Torah worden genoemd, zoals:

Als iemand zijn vader of zijn moeder beledigt, hij zal worden gedood; hij heeft zijn vader en zijn moeder beledigd - zijn bloedschuld is op hem. Leviticus 20:9 (TIB)

Ten eerste wil ik zeggen dat er volgens de joodse traditie, en buiten medeweten van de meeste christenen om, in de jaren na de Sinaï eenvoudigweg geen enkele vorm van doodstraf werd uitgevoerd. Ik noem dit omdat veel christenen aan de Joden een verwijt hebben toegewezen om strenge straffen uit te delen. Dat is eenvoudigweg niet het geval.

Desalniettemin is de man die hout op de Sjabbat verzamelde, gestenigd. Waarom heeft God tegen Mozes gezegd dat hij het moest doen? Waarom eiste God het? Waar is Gods terughoudendheid?! Waar is Zijn mededogen? Is dit een voorbeeld van de God van het Oude Testament die in oordeel handelt, terwijl de God van het Nieuwe Testament in barmhartigheid handelt? NEE, NEE, NEE!

Het antwoord kwam naar mij toe in een jaar dat ik alle voetnoten en commentaren in de ArtScroll Torah las. Na het bekijken van alle geboden en het zien van alles samen, zag ik een fascinerende mogelijkheid! (En ik beweer niet dat dit nog niet bij vele anderen is opgekomen!).

Wat als de man die in zo'n geval ter dood is gebracht, niet bedoeld was om te schande gemaakt en naar de hel gestuurd te worden? Wat als het de bedoeling van God is dat hij zich bekeert en zijn straf voor God accepteert als een voorbeeld voor alle anderen? Kan in zo'n geval het "werk op aarde" van de mens niet ook na zijn dood doorgaan? Zou de God van mededogen niet zijn eeuwige eer bewijzen, waarin zijn dood de Israëliet inspireert om de Shabbat te houden en te beschermen?

Voor het geval dat mijn christelijke lezers dit niet "met mij kunnen volgen", zal ik u uitnodigen om de zaak van Ananias en Sapphira te lezen, die beiden gestorven zijn voor hun leugen in Handelingen 5:1-11. Hun geval leerde een krachtige les aan hen die erna kwamen. Misschien moeten we ze met waardering in gedachten houden in plaats van met de vinger te wijzen!

Voorbeeld #3. Edom wordt gestraft?

Wij christenen denken niet al te vriendelijk van Ezau en zijn koninkrijk van Edom, of wel? Beginnend met hun harde weigering om de kinderen van Israël door hun land te laten trekken, en verder met de profeet Maleachi, die door Paulus in Romeinen werd gecrediteerd en ons eraan herinnerde dat God zei: "Ezau, ik heb gehaat", en eindigend met de nog steeds te vervullen wegvagende oordelen van de profeet Obadja over het gehele Edom, willen wij Edom ver, ver van ons vandaan houden.

Gidon was de eerste persoon die me ooit vertelde dat de Joodse wijzen Edom als de grootste vijand van de Joden beschouwen (waar broeder tegen broeder worstelt). Maar later leerde ik dat Joodse wijzen het christendom zelf zien als afkomstig uit Edom!

Opmerking: Om precies te zijn, de bewering is dat Rome werd gesticht door een van de zonen van Edom (zie Midrash Esther Rabbah 3:5 en Ken Spiro's Islam-cursus over Root Source). En als je het eens bent met de juistheid ervan, is het volkomen begrijpelijk waarom het christendom (d.w.z. het rooms-katholicisme) wordt gezien als afkomstig uit Rome, en van Edom is.

Maar dit idee verscheurt de christenen gemakkelijk. Edom zal gestraft worden! (Denk aan het vorige Studio See artikel over onze behoefte om niet aanstootgevend te zijn!). Maar, laten we eerlijk zijn. Wij als christenen willen er niets mee te maken hebben, omdat God Ezau haat, toch?

Maar wat als ik je zou vertellen dat de Bijbel ook een grote eer geeft aan Edom?

Geloof je het niet? OK, je hebt gelijk in deze zin: God geeft geen grote eer aan de hele Edom, maar Hij geeft wel een eer aan een overblijfsel van Edom. En nog meer dan dat, de eer was volledig verdiend vanwege twee verbazingwekkende verhalen van twee mannen uit Rome in het Nieuwe Testament. Zin om te raden wie? Als je een aanwijzing nodig hebt: het waren militairen, maar ik heb het niet over Pontius Pilatus. Laten we over de eerste lezen.

  1. In Matteüs 8 prijst Jezus een centurion in Kapernaüm, die meer geloof had voor de genezing van zijn verlamde dienaar dan wie dan ook die Jezus in heel Israël had ontmoet. Jezus roept dan tot allen uit: "Ik zeg u, dat velen van u uit het oosten en westen zullen komen en met Abraham, Izaäk en Jakob aan de tafel zullen gaan zitten in het koninkrijk van de hemel" Matteüs 8:11.
  2. Dan zien we in Handelingen 10 de tweede prijzenswaardige centurio: Cornelius, die God vreesde, aalmoezen gaf en bad, en van wie zelfs "goed werd gesproken door het gehele volk van de Joden" (Handelingen 10:22). Het was deze man die de eerste niet-Joodse volgeling van Jezus zou worden.

Deze beide mannen werden destijds door God met bovennatuurlijke wonderen vereerd en verdienen ook nu nog ons respect. Er is echter nog een laatste stukje van de puzzel.

In Handelingen 15, in het beroemde Concilie te Jeruzalem, waar de behoeften van nieuwe niet-Joodse christenen werden bepaald, na het horen van al het bewijs, inclusief het opnieuw vertellen van het specifieke verhaal van Cornelius (Handelingen 15:8), neemt Jakobus zijn rechtvaardiging over van de profeet Amos 9:11, die zei:

Op die dag zal ik de vervallen hut van David oprichten, en de breuken ervan herstellen; ik zal ook de ruïnes ervan oprichten en weer opbouwen zoals in de dagen van weleer.

Maar stop daar niet! Lees verder met het volgende vers:

Opdat zij het overblijfsel van Edom bezitten, en alle volken die bij mijn naam geroepen zijn. Amos 9:11-12 (NASB)

Met andere woorden, het overblijfsel van Edom is het allereerste van alle naties dat in het herbouwde Tabernakel van David komt! Een overblijfsel van Edom, afstammelingen van Ezau, die "God haatte", wordt door God geëerd als het eerste volk dat "binnenkomt"!

En nog een laatste punt. Als je bedenkt dat Edom in de eerste plaats ten oosten van Israël ligt en Rome ten westen van Israël, dan is het nog logischer om het oost/west commentaar van Jezus te horen: "Ik zeg je dat velen uit het oosten en westen zullen komen en aan de tafel met Abraham, Izaäk en Jakob aan de tafel zullen gaan liggen in het koninkrijk van de hemel". (Matteüs 8:11). Het overblijfsel van Edom komt in feite niet alleen uit het oosten, maar ook uit het westen.

Samenvatting

Samenvattend vraag ik me af of onze visie op Gods straf nog steeds niet ruimhartig is.

  1. We geven God niet genoeg krediet voor Zijn terughoudendheid in het straffen van de goddelozen.
  2. We geven de gestraften niet genoeg krediet voor het beteugelen van de zonde bij de rechtvaardigen.
  3. We zoeken niet hard genoeg om de mooie restanten te vinden in de afschuwelijke verhalen van een land dat gestraft zal worden.

Moge God ons in al deze dingen, en nog veel meer, ogen geven om een groter beeld van Hem te zien, en een groter beeld van Zijn plannen en doelen op de aarde.

Shalom.

Bron: Studio See: 047 – A View Too Small: Punishment