www.wimjongman.nl

(homepagina)


Een nieuwe paus: 10 overtuigingen die protestanten en katholieken verdelen

Door PNW Staf 09 mei 2025

()

Na slechts twee dagen en vier geheime stemmingen in de Sixtijnse Kapel heeft het College van Kardinalen de in Chicago geboren Robert Francis Prevost verheven tot paus Leo XIV – een uitkomst die de leerstellige verschillen in het hart van het christendom en de blijvende redenen voor onze verdeeldheid onderstreept. Hoewel katholieken en protestanten vaak soortgelijke woorden en uitdrukkingen gebruiken, zijn de betekenissen die zij aan die termen geven fundamenteel verschillend.

Hier zijn tien leerstellige breuklijnen die verklaren waarom ware eenheid buiten bereik blijft: hoewel we wederzijds respect kunnen en moeten tonen, kunnen we niet doen alsof deze overtuigingen niet bestaan. Het is het perfecte moment om opnieuw te onderzoeken wat u gelooft en waarom. Hier zijn tien belangrijke onderscheidende kenmerken die van vitaal belang blijven voor iemands geloof en hoe ze verschillen tussen de geloofsgroepen:

1. Autoriteit: alleen de Schrift vs. de Schrift + de traditie

Katholieke positie: de Schrift en de heilige traditie vormen samen het geloofsgoed, dat door het leergezag wordt geïnterpreteerd om de eenheid van de leer te bewaren. De Kerk leert dat zonder de traditie veel waarheden van het geloof verborgen zouden blijven of verkeerd zouden worden begrepen.

Protestantse overtuiging: Sola Scriptura houdt vast dat alleen de Bijbel het geloof en de praktijk bepaalt. Door de Schrift boven menselijke tradities te stellen, beschermen we ons tegen het risico dat leerstellingen die in de loop van eeuwen zijn ontwikkeld, afwijken van Gods oorspronkelijke openbaring.

2. Rechtvaardiging: geloof + werken versus geloof alleen

Katholieke positie: Rechtvaardiging wordt geschonken door genade en vervolgens in stand gehouden door geloof en medewerking door middel van de sacramenten, met als hoogtepunt de uiteindelijke heiliging. Dit proces benadrukt een levenslange samenwerking met Gods genade, waarbij menselijke inspanningen en goddelijke voorzieningen hand in hand gaan.

Protestantse overtuiging: Sola Fide leert dat we alleen door geloof in het verzoeningswerk van Christus rechtvaardig worden verklaard (Efeziërs 2:8-9). Elke poging om menselijke verdiensten aan deze verklaring toe te voegen, dreigt de toereikendheid van het offer van Christus en de zekerheid die het biedt, te ondermijnen.

3. Het priesterschap: gewijde geestelijken versus universeel priesterschap

Katholieke positie: Een apart, apostolisch priesterschap – verleend door de wijding – handelt in persona Christi, vooral bij de viering van de eucharistie. Deze kerkelijke hiërarchie wordt gezien als een waarborg voor de integriteit van de leer en de geldigheid van de sacramenten door de generaties heen.

Protestantse overtuiging: Het priesterschap van alle gelovigen (1 Petrus 2:9) betekent dat elke christen via Christus rechtstreeks toegang heeft tot God, kan bidden, dienen en de Schrift kan beheren zonder priesterlijke tussenpersonen. Deze democratisering van het ambt moedigt elke gelovige aan om zijn gaven te gebruiken voor de opbouw van het hele lichaam.

4. Sacramenten: zeven versus twee (of symbolische verordeningen)

Katholieke positie: Zeven sacramenten zijn door Christus ingestelde kanalen van genade, die noodzakelijk zijn voor heiliging en groei in heiligheid. Elk sacrament markeert een mijlpaal in de spirituele reis van de gelovige, vanaf de geboorte (doop) tot de uiteindelijke vereniging met de Kerk (ziekenzalving).

Protestantse overtuiging: De doop en het avondmaal zijn verordeningen – symbolische daden van gehoorzaamheid die het werk van Christus gedenken en het geloof van de gelovige versterken, zonder op zichzelf verlossende genade te schenken. Deze opvatting doet niets af aan het belang ervan, maar vergroot juist de kracht van het Woord en de Geest in het hart van elke gelovige.

5. Pauselijk gezag en onfeilbaarheid versus verwerping

Katholieke opvatting: De paus, als opvolger van Petrus, heeft het hoogste leergezag en kan onder bepaalde voorwaarden onfeilbaar spreken over geloof en moraal (ex cathedra). Deze leer heeft tot doel een duidelijke, ononderbroken lijn van leerstellige zekerheid te bieden voor de wereldwijde Kerk.

Protestantse overtuiging: Hoewel we pastoraal leiderschap respecteren, verwerpen we elke menselijke onfeilbaarheid. Door alle leerstellingen aan het oordeel van de Schrift te onderwerpen, zorgen we ervoor dat geen enkel persoon of ambt het levende, ademende getuigenis van Gods Woord kan terzijde schuiven.

6. Maria en de heiligen: verering versus directe toegang tot Christus

Katholieke positie: Maria en de heiligen komen voor gelovigen bemiddelen; devoties eren hun voorbeeld en vragen om hun gebeden. Deze praktijk vloeit voort uit het geloof in de 'gemeenschap van heiligen', waarin de triomferende en strijdende Kerk voor elkaar bemiddelt.

Protestantse overtuiging: Christus alleen is onze Middelaar (1 Timoteüs 2:5). Hoewel we de trouw van Maria en de heiligen vereren, houden we vast aan het principe dat elk gebed en elke smeekbede rechtstreeks tot de Vader gaat, alleen gefilterd door het hogepriesterschap van Christus zelf.

7. De eucharistie: transsubstantiatie versus spirituele of symbolische aanwezigheid

Katholieke positie: In de mis worden brood en wijn letterlijk het lichaam en bloed van Christus (transsubstantiatie), hoewel de accidentia blijven bestaan. Dit mysterie onderstreept het geloof dat het offer van Christus op een onbloedige manier op het altaar aanwezig is.

Protestantse overtuiging: De opvattingen variëren van sacramentele vereniging (Luthers) tot spirituele aanwezigheid (gereformeerd) tot herdenking (baptisten). In alle gevallen ligt de nadruk op het verkondigde Woord en de werking van de Geest, en niet op een fysieke verandering van de elementen zelf.

8. Biecht: Auriculaire biecht versus directe biecht aan God

Katholieke positie: Privébiecht aan een priester is noodzakelijk om absolutie te ontvangen en verzoening met de Kerk te bereiken. Deze praktijk benadrukt de rol van de kerk als zichtbare gemeenschap die Christus' vergeving toedient.

Protestantse overtuiging: Wij belijden onze zonden rechtstreeks aan God (1 Johannes 1:9). Hoewel wederzijdse verantwoordelijkheid onder gelovigen wordt aangemoedigd, blijft dit vrijwillig en relationeel, niet sacramentaal, waarbij de nadruk ligt op de unieke rol van Christus als onze pleitbezorger en verlosser.

9. Kerkbestuur: gecentraliseerde hiërarchie versus lokaal bestuur

Katholieke positie: Een gecentraliseerde hiërarchie met de paus aan het hoofd, gevolgd door bisschoppen, priesters en diakenen, zorgt voor wereldwijde eenheid. Deze structuur is bedoeld om de samenhang in leer en eredienst in verschillende culturen te behouden.

Protestantse overtuiging: De kerkbestuur varieert – congregationalistisch, presbyteriaans, episcopaal – maar het gezag komt van Christus via lokale organen. Deze flexibiliteit stelt elke gemeente in staat om in te spelen op haar context, terwijl ze verankerd blijft in bijbels toezicht en wederzijdse verantwoordelijkheid.

10. Eschatologie: de eindtijd en de wederkomst van Christus

Hier volgen vijf cruciale punten waarop de katholieke en protestantse eschatologieën uiteenlopen en onze hoop en praktijk zo ingrijpend bepalen:

De opname:

Katholieke visie: er is één eenduidige wederkomst, wanneer Christus in glorie terugkeert om de levenden en de doden te oordelen; er is geen afzonderlijke 'wegvoering'.

Protestantse overtuiging: Velen geloven in een aparte opname – vaak vóór de Verdrukking – wanneer Jezus de gelovigen plotseling tot Zich zal nemen (1 Tessalonicenzen 4:16-17). Deze leer bevordert een gevoel van urgentie en verwachting in het dagelijks leven en herinnert ons eraan dat Christus elk moment kan terugkeren. Het spoort gelovigen ook aan om een heilig en waakzaam leven te leiden, aangezien niemand het precieze tijdstip kent.

Duizendjarig Rijk:

Katholieke (amillennialistische) visie: Begrijpt de 'duizend jaar' van Openbaring 20 symbolisch als het huidige tijdperk van de kerk, waarin Christus geestelijk vanuit de hemel regeert.

Protestantse discussies:

Premillennialisten verwachten dat Christus terugkeert vóór een letterlijke 1000-jarige regering op aarde, waarin Israël en de kerk zullen delen in Zijn koninkrijk.

Postmillennialisten voorzien dat de opmars van het evangelie geleidelijk aan samenlevingen zal transformeren tot een 'gouden eeuw', waarna Christus terugkeert.

Amillennialisten beschouwen het millennium, net als katholieken, als symbolisch, maar verschillen vaak van mening over hoe de beloften van het Oude Testament aan Israël worden vervuld.

Deze uiteenlopende tijdlijnen beïnvloeden hoe gelovigen omgaan met cultuur: met verwachting van maatschappelijke transformatie, voorbereiding op goddelijke interventie of standvastig volharden in de spanning tussen 'al' en 'nog niet'.

Verdrukking:

Katholieke visie: Interpreteert verdrukking in brede zin als de vele beproevingen waarmee christenen door de geschiedenis heen worden geconfronteerd, zonder aanwijzing op een toekomstige periode van zeven jaar.

Protestantse overtuiging: Velen bevestigen een letterlijke zevenjarige Verdrukking, ontleend aan de profetie van Daniël over de 70 weken, waarin Gods toorn wordt uitgestort over een onboetvaardige wereld. Deze overtuiging roept gelovigen op tot morele waakzaamheid en barmhartige evangelisatie, in het besef dat de tijd kort is en dat velen bereikt moeten worden voordat de bazuin klinkt.

De rol van Israël:

Katholieke theologie: Ziet de kerk vaak als het 'nieuwe Israël', dat de beloften aan Abraham en David erft, zonder een aparte toekomst voor het etnische Israël.

Protestantse overtuiging: Vooral in het dispensationalistisch premillennialisme blijft Gods verbond met Israël intact: het etnische Israël zal worden herenigd en in de eindtijd het beloofde land binnengaan (Romeinen 11:25-29). Deze verwachting motiveert velen om voor het hedendaagse Joodse volk te bidden en het te steunen, in de overtuiging dat dit in overeenstemming is met Gods onbreekbare woord.

Oordeel:

Katholieke nadruk: Voorstelling van een laatste oordeel over de hele mensheid, met het vagevuur als een barmhartige zuivering voor gelovigen die nog niet volmaakt zijn.

Protestantse overtuiging: Onderscheid tussen twee oordelen:

Bema-troon (oordeelstoel van Christus): Gelovigen worden beoordeeld op basis van hun daden (2 Korintiërs 5:10), maar hun redding is zeker.

Grote Witte Troon: Ongelovigen worden veroordeeld (Openbaring 20:11-15).

Dit kader van een tweeledig oordeel versterkt de zekerheid van verlossing door geloof en de nuchtere realiteit van eeuwige gevolgen, en bepaalt hoe protestanten zowel barmhartigheid als verantwoordelijkheid prediken.

Deze verschillen zijn verre van theoretisch – ze bepalen hoe we God aanbidden, leven en uitzien naar de wederkomst van Christus.

Als protestanten houden we vast aan de Schrift alleen en het geloof alleen, met een onwankelbare vastberadenheid – overtuigingen die zijn ontstaan in het vuur van de reformatie en in elke generatie opnieuw zijn bevestigd. Als we begrijpen waarom we het zo sterk oneens zijn met Rome, zijn we in staat om ons geloof moedig te verwoorden en een weloverwogen dialoog aan te gaan met onze katholieke buren.

Bron: A New Pope: 10 Convictions That Divide Protestants And Catholics