www.wimjongman.nl

(homepagina)


GOD ZIET ONZE NOOD; HIJ ZAL ONS VERLOSSEN

25 januari 2023 - door Jonathan Brentner

Ik houd van de woorden uit de Schrift. Ze vormen de basis van mijn hoop op eeuwig leven, geven de nodige zekerheid in moeilijke tijden, en kalmeren mijn ziel in de turbulente tijden waarin wij leven.

Soms spreekt een passage, of een zin, me op een nieuwe manier aan. Dat was het geval met Exodus 2:23-25:

Gedurende die vele dagen stierf de koning van Egypte, en het volk Israël kreunde vanwege hun slavernij en riep om hulp. Hun schreeuw om redding uit de slavernij kwam tot God. En God hoorde hun gekerm, en God herinnerde zich zijn verbond met Abraham, met Izaäk en met Jakob. God zag het volk Israël en God wist het.

Ik hou van de zin aan het eind van vers 25 in de ESV, "en God wist". In de Hebreeuwse tekst is het woord yada, dat in zijn basisvorm gewoon "weten" betekent. Het komt 947 keer voor in de Hebreeuwse tekst van het Oude Testament.

In Exodus 2 onthult yada Gods bewustzijn van de benarde toestand van de Israëlieten in Egyptische slavernij, vlak voordat Hij Mozes opdroeg zijn volk te bevrijden. Yada verschijnt opnieuw in Exodus 3:7:

Toen zei de Heer: 'Ik heb zeker de ellende gezien van mijn volk dat in Egypte is en ik heb hun geroep gehoord vanwege hun taakmeesters. Ik ken hun lijden.

God zag de nood van zijn volk en handelde om hen te bevrijden.

Na veertig jaar schapenhoeden in de woestijn was Mozes volledig voorbereid om de kinderen van Israël uit Egypte te leiden. De lankmoedige slaven waren bereid de vrijheid te aanvaarden en de leider te volgen die God naar hen zou sturen. De Heer wist dat de tijd rijp was.

Hij legt niet uit waarom deze tijd beter was dan twintig jaar eerder. Hij hoeft niet alle leemtes voor ons in te vullen. We vertrouwen op Zijn soevereiniteit en wijsheid.

GOD HOORT ONS GEKERM

Leden van het lichaam van Christus lijden aan allerlei kwellingen. Sommigen worden gemarteld voor hun geloof, anderen verliezen hun vrijheid, en velen ondervinden zware tegenstand tegen hun geloof. We vechten allemaal tegen de meedogenloze aanvallen van onze vijand.

Ik ken verschillende heiligen die pijn lijden door kanker, andere kwalen en verdriet. De kwalen van dit leven, samen met het ouder worden, hebben een manier om ons allemaal in te halen.

En net als de oude Israëlieten zuchten we.

Ik vind het prachtig hoe de apostel Paulus onze verwachting van de vervoering verbindt met ons zuchten te midden van de vele ontberingen van het leven:

En niet alleen de schepping, maar ook wijzelf, die de eerstelingen van de Geest hebben, zuchten innerlijk, terwijl wij reikhalzend uitzien naar de aanneming tot zonen, de verlossing van ons lichaam. Want in deze hoop zijn wij gered. Hoop die gezien wordt is geen hoop. Want wie hoopt op wat hij ziet? Maar als we hopen op wat we niet zien, wachten we daar met geduld op. (Romeinen 8:23-25)

De Heer hoort de roep van ons hart als we ernaar verlangen dat Hij verschijnt en ons meeneemt naar de heerlijkheid. En op een dag, spoedig, zal ons geloof zichtbaar zijn.

De Heer is niet ver weg zoals sommigen zich voorstellen; Hij ziet; Hij hoort; Hij voelt al ons verdriet; en Hij zal ons zeker verlossen.

Binnenkort zullen de profetische woorden van 1 Thessalonicenzen 4:15-17 verleden tijd zijn, en zullen wij ons verheugen met onze Heiland in heerlijkheid:

Want dit verklaren wij u door een woord van de Heer, dat wij die nog leven, die overblijven tot de komst van de Heer, niet zullen voorgaan aan hen die ontslapen zijn. Want de Heer zelf zal uit de hemel neerdalen met een kreet van bevel, met de stem van een aartsengel en met het geluid van de bazuin van God. En de doden in Christus zullen eerst opstaan. Dan zullen wij die nog leven, die overblijven, samen met hen worden opgenomen in de wolken om de Heer in de lucht te ontmoeten.

Er zijn dagen dat het lijkt alsof de perfecte tijd voor de Opname allang voorbij is. We zien de tranen van geliefden en zien hoe geweld, slechtheid, bedrog en wetteloosheid in onze wereld exploderen. We vragen ons vaak af: "Hoe lang nog, Heer?"

Ondertussen rusten we in het feit dat God alles ziet met ogen vol liefde voor ieder van ons. Is het niet bemoedigend te weten dat de Heer alles weet van onze benarde omstandigheden en onze redding in zicht heeft?

>Degene die ons "geroepen heeft tot heerlijkheid" (1 Petrus 5:10) is zo dichtbij om ons daarheen te brengen (Kolossenzen 3:4).

EEN GLORIEUS HERSTEL VOOR ISRAËL

De veertig jaar dat Mozes schapen hoedde in de woestijn moeten voor de Israëlieten in Egypte als een eeuwigheid hebben gevoeld. Het is waarschijnlijk dat de meesten wisten van Gods verbond met Abraham, Izaäk en Jakob en zochten naar een verlosser om hen naar het land te brengen dat aan hun voorvaderen was beloofd.

Tijdens de laatste helft van de zevenjarige Verdrukking zal er voor het Hebreeuwse volk een veel angstaanjagender scenario bestaan. Zodra de antichrist hun tempel verontreinigt, zullen zij de donkerste tijd in hun geschiedenis tegemoet gaan. Uiteindelijk zal slechts een derde van hen in leven blijven.

De profeet Zacharia schreef namens God deze woorden over dit toekomstige gevaar:

En ik zal dit derde deel in het vuur gooien..,

en hen verfijnen zoals men zilver verfijnt,

en hen testen zoals goud wordt getest.

Zij zullen mijn naam aanroepen,

en ik zal hen antwoorden.

Ik zal zeggen: "Zij zijn mijn volk";

en zij zullen zeggen: 'De Heer is mijn God.'" (Zacharia 13:8)

Zacharia 14:1-8 beschrijft de komst van Israëls toekomstige bevrijder, de Here Jezus. Hij zal voor Israël strijden als een machtige strijder, tegen alle legers die naar Jeruzalem zijn gekomen om het te vernietigen, zijn wereldwijd koninkrijk te vestigen waarover Hij vanuit Jeruzalem zal regeren. Is het niet passend dat Mozes in Deuteronomium 18:15-18 naar Jezus verwees als een "profeet als mij"? De grotere Mozes zal de Israëlieten verlossen bij zijn wederkomst.

Het zal een glorieuze tijd van herstel zijn voor het koninkrijk Israël. God zal het Joodse volk voor altijd beschermen met Zijn aanwezigheid in Jeruzalem (Zefanja 3:14-20).

WIJ VERTROUWEN OP GODS TIMING

Soms zuchten we vanwege persoonlijke pijn of die van onze naasten. Op andere momenten is het vanwege een wereld die afglijdt naar een wetteloosheid en slechtheid, die we ooit voor onmogelijk hielden.

Te midden van onze nood brengen de woorden "En God wist het" welkome verlichting. We weten dat onze Bevrijder zeker spoedig komt om ons op te halen om Hem in de lucht te ontmoeten.

Terwijl we wachten, blijven we erop vertrouwen dat:

  1. God is op de hoogte van de benarde toestand van allen die Hem toebehoren. Hij ziet, Hij hoort, en Hij houdt meer van ons dan wij ons kunnen voorstellen.

  2. Jezus blijft altijd bedacht op de beloften die ons na aan het hart liggen. Hij bereidt een plaats voor ons voor in de hemel (Johannes 14:2-3).

  3. De Heer zal ons zeker komen halen vóór de oordelen van de dag des Heren (1 Thessalonicenzen 5:1-10).

  4. Hoewel Gods timing ons vaak in verwarring brengt, vertrouwen wij op Zijn doelen, wetende dat Jezus op de perfecte tijd zal komen.

De woorden "En God wist" lijken zo eenvoudig, maar ze geven hoop in de meest schrijnende omstandigheden. Onze Bevrijder staat klaar om ons te redden en zal dat zeker doen.

Intussen bidden we dat Hij snel komt.

Maranatha!

Bron: God Sees Our Distress; He Will Deliver Us — Jonathan Brentner