www.wimjongman.nl

(homepagina)


Echo's van oude melodieën

26 jul 2023

( )

Photo by Megs Harrison on Unsplash

לַמְנַצֵּחַ עַל-הַגִּתִּית לְאָסָף׃
Voor de leider; op de gittith. Van Asaf.
lam-na-TZAY-akh al ha-gi-TEET l'-a-SAF
Psalmen 81:1

De woorden van de Psalmen van Koning David echoën door de tijd heen en weerklinken in de harten van miljarden mensen over de hele wereld. De Psalmen dienden als het muzikale fundament van de tempeldienst. En hoewel we ze nog steeds dagelijks reciteren, bevinden we ons in een tijdperk dat ver verwijderd is van de fysieke elementen van die voorbije periode, waardoor veel aspecten ervan omgeven zijn door een wolk van mysterie. Eén zo'n mysterie ligt in het hart van Psalm 81, in de vorm van de ongrijpbare gittith.

Psalm 81 begint met de woorden "Voor de leider; op de gittith. Van Asaf". Wat is de gittith waar Koning David aan het begin van deze psalm op zinspeelt?

De term gittith, die drie keer voorkomt in de Psalmen - in Psalm 8, Psalm 81 en Psalm 84 - is het onderwerp geweest van vele doordachte interpretaties. De grote middeleeuwse wijsgeer Rashi, die zich baseert op het werk van Menahem ben Saruq, suggereert dat een gittith een muziekinstrument is. Vervolgens verbindt hij de gittith met Gath, een Filistijnse stad die we kennen uit de Bijbel. Op basis van dit begrip zou een gittith gemaakt zijn door een Gittiet, een ambachtsman uit Gath. Misschien ontdekte David dit unieke Filistijnse instrument toen hij zijn toevlucht zocht in Gath toen hij vluchtte voor Saul (I Samuel 21).

Rabbi Abraham Ibn Ezra, een andere middeleeuwse schriftgeleerde, ziet de gittith als een instrument dat gemaakt is voor de Levitische afstammelingen van Obed-Edom, een Gittiet.

Hoewel we niet precies weten hoe een gittith eruitzag, suggereren deze interpretaties dat het een snaarinstrument was, misschien vergelijkbaar met een lier.

Maar de gittith is niet het enige intrigerende instrument in Psalm 81. De Psalm vraagt ook aandacht voor de shofar, of ramshoorn, waarvan het geluid bij velen van ons weerklinkt:

"Blaas op de hoorn bij nieuwe maan, bij volle maan voor onze feestdag. Want het is een wet voor Israël, een uitspraak van de God van Jakob" (Psalmen 81:4-5).

De sjofar wordt geblazen op de feestdag Rosj Hasjana (Joods Nieuwjaar). Rosj Hasjana is een tijd van berouw en terugkeer naar God, en de sjofar dient zowel als een spirituele wekker als een woordeloze smeekbede aan God om genade.

Het blazen op de sjofar is door de eeuwen heen een gebod dat door Joden diep wordt gekoesterd. Veel Joden hebben hun leven gewaagd om dit gebod op te volgen en het spookachtige geluid ervan te ervaren. Een aangrijpend voorbeeld van Holocaust onderzoeker, Dr. Judith Tydor Schwartz, gaat over haar vader, Chaskel Tydor, een gevangene in Auschwitz. In 1944 was Chaskel verantwoordelijk voor het regelen van de werkroosters van zijn medegevangenen. Omdat hij het belang van Rosj Hasjana voor zijn mede-Joden inzag, regelde hij dat een groep vrome mannen die dag minder nauwlettend in de gaten gehouden taken mocht uitvoeren. Dit gaf hen de gelegenheid om in stilte de gebeden voor de Hoge Feestdag te reciteren. Wat Chaskel niet wist, was dat ze erin geslaagd waren om een sjofar mee te nemen en dat ze op de sjofar bliezen, een verboden handeling waarop de doodstraf stond als ze betrapt zouden worden. Toen het kamp later geëvacueerd werd, werd diezelfde sjofar aan Chaskel toevertrouwd om veilig bewaard te worden.

Jack Kliger, de voorzitter en CEO van het Museum of Jewish Heritage en een kind van overlevenden van de Holocaust, herinnerde zich ook dat een vriend van zijn ouders hem vertelde over het klinken van een sjofar in Auschwitz. In zijn woorden:

"Als er een artefact is dat de Joodse ziel symboliseert, kun je moeilijk iets vinden dat meer symbool staat dan een sjofar."

Opmerkelijke verhalen, zoals dat van Chaskel Tydor in Auschwitz, onthullen de moed en toewijding van hen die hun leven riskeerden om deze gekoesterde traditie in ere te houden. De betekenis van de sjofar gaat veel verder dan zijn muzikale noten; hij symboliseert de veerkrachtige geest van het Joodse volk, dat zelfs in de donkerste tijden overleeft en gedijt. De sjofar blijft een aangrijpende herinnering aan het blijvende geloof en de ontembare geest die het Joodse volk door beproevingen en triomfen hebben gedragen, een symbool van hoop, veerkracht en een tijdloze band met ons oude erfgoed.

Bron: Echoes of Ancient Melodies - The Israel Bible