www.wimjongman.nl

(homepagina)


Lieve Christus... 40 jaar later heb ik U gevonden.

Hoop en verlossing - zelfs door onderdrukking en fysiek geweld heen. Dat is wat God brengt aan Iraanse mensen zoals Afshin door de bediening van Church 7.

Afshin, 50, aanvaardde Jezus vier jaar geleden als Redder en Heer. Nadat hij zijn ingenieursdiploma had behaald, werd hij aangenomen bij dezelfde oliemaatschappij waar zijn vader met pensioen ging en hij was daar vele jaren werkzaam. Sinds zijn beslissing voor Christus hebben de Iraanse autoriteiten hem het leven echter steeds moeilijker gemaakt. Dit is Afshin's verhaal:

Toen ik op de universiteit zat, begon ik te werken bij een elektriciteitsbedrijf.

Ik begon residentiële satellietschotels te installeren. Eén ding dat mijn aandacht trok was het verzoek van de meeste gezinnen om Shabakeh 7 [Iran Alive's TV netwerk] te lanceren, ook al bleek uit hun levensstijl en uiterlijk dat ze Moslim of als Moslim geboren waren!

Op een dag toen ik een huis binnenging voor mijn werk, ontmoette ik een vrouw genaamd Leila. Ze vertelde me dat ze haar hart aan Christus had gegeven en tot geloof was gekomen door Shabakeh 7. Ze legde me uit hoe pastor Hormoz haar en een aantal gelovigen had uitgenodigd om zich op eigen kosten in Turkije te laten dopen en hen na de doop op een veilige manier naar Iran had teruggebracht.

Ik hield in gedachten wat zij met mij deelde totdat ik werd ingehuurd door de oliemaatschappij en werd ingezet op een offshore booreiland. Daar ontmoette ik, met Gods leiding, de heer Heros, het hoofd van de elektrische afdeling. Hij was een christen. We werden goede vrienden, en hij was erg aardig voor me. Hoe meer ik hem leerde kennen, hoe nieuwsgieriger ik werd naar het christendom. Ik stelde hem veel vragen over Christus en zijn geloof. Tegelijkertijd volgde ik regelmatig de tv-programma's op Shabakeh 7.

In 2018 was ik in staat om Pastor Hormoz en zijn vrouw, Donnell, te spreken. Ik bad het gebed van verlossing met hen. Na een tijdje gaf ook mijn vrouw, Elham, haar hart aan Christus.

Daarna kreeg ik een zendingsopdracht als geoloog voor olie-exploratie in Qatar. Ik verhuisde daarheen met mijn vrouw en twee kinderen. Daar ontdekten agenten van de Islamitische Republiek, die bij de oliemaatschappij gestationeerd waren, dat ik een christen was en zij probeerden mij te laten ontslaan wegens afvalligheid als een ongelovige.

De vijandigheid tegen mij groeide. Zij raakten met mij in een fysiek gevecht en gooiden mij van de tweede verdieping naar beneden, waardoor ik ernstig gewond raakte. Ik moet nu bedrust houden en heb ernstige mobiliteitsproblemen.

Ook werd mijn zoon van zijn universiteit gestuurd en mag mijn 11-jarige dochter zich op geen enkele school inschrijven.

Zelfs nu nog heeft de oliemaatschappij bij de rechtbank van de Islamitische Republiek een zaak tegen mij aangespannen op beschuldiging van afvalligheid, verraad aan het land en propaganda voor het christendom op het werk.

Je kunt je afvragen waarom ik, ondanks al deze onaangename gebeurtenissen, het christendom niet heb opgegeven. Toen ik uit een coma kwam in het ziekenhuis en op zoek was naar een kruis, kwam mijn moeder, die niet in Christus geloofde, naar me toe en nam een klein kruis uit haar tas en gaf het aan mij. Ze zei:

"Mijn zoon, toen je 6 jaar oud was, brachten we je van Ahvaz naar Teheran vanwege een ernstige infectie aan je tanden. De nacht dat we in het hotel waren, kwam een oud vrouwtje naar ons toe en omhelsde je terwijl je huilde. Ze bad in je oor en toen gaf ze me dit kruisje en zei: 'Je zoon zal opgroeien en ingenieur worden. God zal hem een zoon en een dochter geven. Neem hem dit kruis nooit af, en zeg hem dat hij een kind van God is. Nu, na vele jaren, heb ik dat kruis naar jou toe gebracht."

Toen mijn moeder mij het kruis overhandigde, zei ik met tranen en spijt: "Lieve Christus, U zalfde mij toen ik 6 jaar oud was, maar 40 jaar later heb ik U gevonden en geloof ik U."

Vandaag verklaar ik dat ik, ondanks alle pijn en de verdrukkingen van dit leven, mijn kruis op mijn schouders draag en voor altijd bij Christus sta.

De rechtbank zei tegen mij en mijn vrouw dat als wij berouw tonen en in een brief beloven dat wij spijt hebben van onze beslissing en dat wij zijn bedrogen, alle voordelen van mijn werk zullen worden teruggegeven en wij vergeven zullen worden. Maar ik zei tegen mijn vrouw en kinderen dat het beter was om op Christus te vertrouwen en alles aan God over te laten.

Ik vraag mijn broeders en zusters in het geloof om voor mij en mijn gezin te bidden. Bid dat ik na de operatie weer kan lopen en dat ik een trouwe dienaar van God kan zijn.

Bron: Via email van Iran Alive Ministries