www.wimjongman.nl

(homepagina)


Schapen voederen of geiten amuseren

Ingezonden op 23 juli 2021

 

Afbeelding van Artur Pawlak via Pixabay

Habakuk 2:1-2:

1 Ik ging op mijn wachtpost staan, nam mijn plaats in op de vestingwal, en keek uit om te zien wat Hij in mij spreken zou en wat ik antwoorden zou op mijn aanklacht.

2 Toen antwoordde de HEERE mij en zei: Schrijf het visioen op, grif het duidelijk in tafelen, zodat het in het snel voorbijlopen te lezen is.

Waarschijnlijk zullen de meeste van ons wel eens van hem gehoord hebben; Spurgeon. Hij was een Engelse baptistenpredikant in de puriteinse traditie in het 19e-eeuwse Engeland. Hij wordt wel de 'prins der predikers' genoemd. Belangrijke onderwerpen uit zijn prediking waren de vergeving van zonden en de noodzaak van wedergeboorte. Hij had de voor velen de vervelende gewoonte het beest(je) bij de naam te noemen.

Zo heeft hij eens gezegd: “Er komt een tijd, waarin in plaats van het voederen van de schapen, de Kerk clowns zal hebben om de geiten te amuseren.

Zijn prediking hierover gaat hierbij (verkort en vrij vertaald en van toepassing op deze tijd als nooit tevoren):

Er is een kwaad in de Kerk binnengedrongen als een zuurdesem, dat het hele desem zuur maakt. Het is zo uitgekookt, dat de meerderheid het niet meer herkent. Men heeft entertainment geintroduceerd met het doel zielen te winnen. Langzaam maar zeker is de ware boodschap daardoor ondergesneeuwd en wordt er amusement geboden in plaats van een boodschap te brengen, die vergeving van zonde en de noodzaak van wedergeboorte predikt.

Die tactiek wordt nergens in de Bijbel genoemd, anders was dat wel beschreven. Nergens wordt opgeroepen om vermaak te bieden om mensen te bereiken. Wij moeten zijn als zout (Matth 5:13) en niet als suikergoed. Als Jezus meer plezierige elementen had gebruikt, dan zou Hij veel populairder zijn geweest.

Dan had Hij tegen Petrus gezegd: “Ga die mensen achterna en zeg, dat we morgen een andere dienst zullen houden, iets korts en aantrekkelijks met veel muziek en vertier en weinig prediking”. Neen, Hij had medelijden met zondaars, zuchtte en weende over hen, maar probeerde ze nooit te vermaken.

Toen Petrus en Johannes werden opgesloten vanwege hun prediking hield de Kerk niet op te prediken, zoals Jezus ze dat geleerd had en hadden ze geen tijd om allerlei amusement te bedenken, maar ze zetten wèl de wereld op z’n kop! “

Stel je eens voor: een circus, waar hoog in de nok een trapezenummer bezig is. De toeschouwers staarden met open mond naar de verrichtingen van de acrobaten, die in de spotlights het ene na het andere huzarenstukje lieten zien. Misschien moeten we daarin wel zien, dat er veel mensen zijn, die opkijken naar mensen – vooral naar leiders – en hun oog niet gericht hebben op Hem. Ze kijken, maar zien niet waar het ècht op aan komt.

Ze horen wel, maar verstaan het niet en de meeste gaan weer, zoals ze gekomen zijn en veranderen niet. Ze laten zich entertainen, zich bezig houden, willen van alles veranderen, behalve zichzelf. Dat zien we in het bijzonder in evangelische- en charismatische kringen.

Men vergaapt zich aan het theater op het podium en gedachteloos neemt men alles voor zoete koek aan, wat er wordt gezegd, zelfs als het een eigen – valse – leer is. Het gaat om het goede gevoel en niet meer om geloof. Het welvaartsevangelie maakt overuren met pseudo-opwekkingen, muziek wat meer op disco lijkt en zgn. “aanbiddingsdiensten” waar mensen vaak in een soort trance worden gebracht. Het is één groot oecomenisch circus geworden. Geef het volk brood en spelen!

God is liefde en je mag komen, zoals je bent, maar wie vertelt er nog bij, dat het de bedoeling is, dat je je bekeert en dat er dingen van je verwacht worden?

De “goedgebekten” zijn onze predikers, de onderwijzers van school zijn onze leraars, de fantasten onze profeten. Er lopen tegenwoordig meer valse apostelen, valse leraars en valse profeten rond als ooit tevoren. Het surrogaat en de vervalsing van de gaven vieren hoogtij.

In Ezechiël 34:1-10 zegt God hoe Hij er tegenaan kijkt! En dat soort mensen durven zich dan ook nog “gezalfden des Heren” te noemen of zich te vergelijken met een engel van de gemeente (Openbaring). Wat een hoogmoed!

Ik werd verder bepaald bij een voetbalwedstrijd, waar mensen vaak helemaal uit hun dak gaan. Ze zingen en ze springen en ze zijn zo blij, omdat ze alles even kunnen vergeten. Als er dan een doelpunt valt worden ze helemaal hysterisch. Op een keer werd tijdens het heetst van de strijd de bal het stadion uitgeschoten, maar iedereen was zo druk met feestvieren, dat niemand het in de gaten had. Alles ging gewoon door; zonder bal! Een vergelijking met de gemeente gaat natuurlijk mank, maar stel je eens voor. Zou hetzelfde in de gemeente gebeuren als in dat stadion, wanneer Gods Geest Zich uit de gemeente zou terugtrekken? Misschien liggen er toch wel raakvlakken en gaat ook daar dan alles gewoon door, op routine, automatisch, zonder Geest.

Laat het ons gebed zijn dat we ons verootmoedigen en berouw tonen, omdat we onze eigen koninkrijkjes hebben gebouwd en de Geest geen ruimte hebben gegeven. Als dat gebeurt kan Zijn kracht in ons midden ècht openbaar worden.

2 Timoteus 2:7:
  Denk na over wat ik zeg, maar laat de Heere u inzicht geven in alle dingen.