www.wimjongman.nl

(homepagina)


Het opkomende Amerikaanse standpunt ten aanzien van de gematigde Arabische staten

Door Col (Res.) Dr. Raphael G. Bouchnik-Chen - 22 december 2020

 

Joe Biden, afbeelding door Gage Skidmore via Wikimedia Commons

 

 

BESA Center Perspectieven Papier nr. 1.854, 22 december 2020

SAMENVATTING: De terugkeer van een Democratische regering naar het Witte Huis wordt door zowel het Koninklijk Hof in Riyad als in het presidentieel paleis in Caïro als een nachtmerrie beschouwd. De verwachte terugkeer van "politiek correcte" waarden als het centrum van het Amerikaanse buitenlandse beleid, naast de toezegging van de verkozen president Joe Biden om terug te keren naar de JCPOA, zou de leiders van beide Arabische staten moeten stimuleren om een dringende dialoog met Biden aan te gaan om hun kritische belangen in de regio te beschermen.


Het vooruitzicht van de intreding van Joe Biden tot het Witte Huis op 20 januari 2021 doet ernstige bezorgdheid rijzen bij de leiders in de Soennitische Arabische landen die als gematigd worden beschouwd. Hun onmiddellijke bezorgdheid komt voort uit zijn publiekelijk uitgesproken toezegging om de VS terug te sturen naar de JCPOA. Het is de bedoeling dat de sancties die de vertrekkende Trump regering aan Iran heeft opgelegd, worden opgeheven als "uitgangspunt voor de vervolgonderhandelingen".

Volgens The New York Times (2 december 2020) is Biden van mening dat terugkeer naar de overeenkomst "de beste manier is om enige stabiliteit in de regio te bereiken".

Bovendien werkten de inkomende minster van Buza, Anthony Blinken, en National Security Advisor Jake Sullivan, en milieu tsaar John Kerry, nauw samen met Iraanse ambtenaren tijdens de twee jaar van onderhandelingen die leidden tot het sluiten van de Iraanse nucleaire overeenkomst op 14 juli 2015.

Het buitenlandse beleid van de Trump-regering bood steun aan de leidende soennitische regimes, met name Saoedi-Arabië en Egypte, volgens een daadwerkelijke politieke aanpak op basis van praktische belangen.

De terugkeer van een Democratische regering naar Washington wordt door Riyad en Cairo dan ook als een nachtmerrie ervaren. De verwachte terugkeer van "politiek correcte" waarden als het centrum van de Amerikaanse agenda voor het buitenlands beleid, met inbegrip van de nadruk op mensenrechten en mogelijke eisen voor democratisering als voorwaarde voor het onderhouden van speciale betrekkingen met Washington, roept het "duistere tijdperk" van de regering-Obama op.

In een poging om de gekozen president Biden en zijn gevolg te beïnvloeden, zei Abdallah Mouallimi, de VN-afgezant van Riyadh, dat niemand zo "naïef" moest zijn om de voormalige Iraanse nucleaire overeenkomst te heropenen. In een interview met Fox News op 23 november beweerde de Saoedische diplomaat dat de wereld getuige is geweest van de mislukking van de overeenkomst en dat er geen sprake mag zijn van een terugkeer naar de oude regeling.

Mouallimi riep op tot een andere overeenkomst - een overeenkomst die Saoedi-Arabië zou omvatten en die niet beperkt zou blijven tot het beteugelen van de nucleaire ambities van Iran, maar ook het raketprogramma en de materiële steun aan haar volmachten zou aanpakken. Saudi FM Prince Faisal bin Farhan zei: "Wat we verwachten is dat we volledig worden geraadpleegd, dat wij en onze andere regionale vrienden volledig worden geraadpleegd in wat er gebeurt met betrekking tot de onderhandelingen met Iran".

De meest directe stem over deze kwestie was die van het voormalige hoofd van de Saoedi-Arabische inlichtingendienst, prins Turki Faisal, die Biden rechtstreeks waarschuwde: "Meneer president-elect, herhaal de fouten en tekortkomingen van de eerste overeenkomst niet. Een niet-uitputtende overeenkomst zal niet leiden tot duurzame vrede en veiligheid in onze regio".

In een toespraak voor de Nationale Raad over de Amerikaans-Arabische betrekkingen in Manama op 6 december zei de prins: "Het Iraanse ontwrichtende regionale gedrag in Irak, Syrië, Jemen, Libanon en Saoedi-Arabië, door direct en indirect de olie-installaties aan te vallen, is evenzeer een bedreiging als haar nucleaire programma." Hij waarschuwde Biden tegen het herhalen van vroegere "fouten" en raadde aan dat elke nieuwe overeenkomst alle punten van zorg zou omvatten, wat betekent dat de vrienden en bondgenoten van Washington deel moeten uitmaken van de onderhandelingen.

Tegelijkertijd blijkt de status van de Saoedische kroonprins Muhammed bin Salman (MBS), vaak omschreven als de macht achter de troon van zijn vader Salman, te wankelen. Hij wordt geacht het "merkteken van Kaïn" te dragen voor zijn aandeel in de moord op de journalist van de Washington Post en de Saoedische dissident Jamal Khashoggi in Turkije in 2018 en zal waarschijnlijk door de Biden-regering als een verstoteling worden behandeld. Tijdens de Trump-regering werd MBS beschouwd als een essentieel onderdeel van het Amerikaanse beleid in de Perzische Golf.

De komst van de nieuwe regering in Washington is ook een rood alarm voor de Egyptische president Abdel Fattah Sisi. Het scenario dat hem het meest verontrust, is een terugkeer van de Amerikaanse sympathie voor de Moslimbroederschap in Egypte. Dit zou een reanimatie zijn van de geest van de regering Obama, die het presidentschap van Mohammed Morsi steunde na de afzetting van Hosni Mubarak.

Een duidelijke indicatie van het onbehagen van Egypte was een speciale column die op 10 december 2020 in het Al-Ahram Weekblad werd gepubliceerd en als spreekbuis van het regime werd beschouwd. De columnist, Ezzat Ibrahim, was de correspondent van de krant in Washington toen de revolutie van 25 januari 2011 in Egypte uitbrak tijdens de "Arabische Lente".

In een weerklank van Sisi's gedachten, drukte Ibrahim de angst uit dat na de Amerikaanse inauguratie, de Broederschap zich opnieuw zal proberen te presenteren aan de inkomende Democratische regering door in te spelen op het idee dat de huidige gebeurtenissen in Egypte de "gematigde stromingen" binnen de groep kunnen ondermijnen en deze verzwakken als een "firewall tegen extremisme". Hij herinnerde de lezers eraan dat een groep van de zogenaamde Egyptische Revolutionaire Jeugdcoalitie met bekende figuren uit de revolutie in oktober 2011 in Washington werd ontvangen, onder andere bij het ministerie van Buitenlandse Zaken. Dit maakte deel uit van het beleid van de voormalige Amerikaanse minister van Buitenlandse Zaken Hillary Clinton om de dialoog met de Moslimbroederschap te bevorderen.

Ibrahim sloot zijn stuk af met een scherpe waarschuwing: "Als [de Broederschap] erin slaagt zulke valse ideeën te promoten, zal dit de dreiging van terrorisme en het fanatisme en separatisme binnen de moslimgemeenschappen in het Westen alleen maar versterken."

Opgemerkt moet worden dat het zittende Egyptische regime achter het initiatief van de Amerikaanse Republikeinse senator Ted Cruz stond om dit jaar in het Congres opnieuw een wetsvoorstel in te dienen om de Moslimbroederschap aan te wijzen als terroristische organisatie in de VS en te eisen dat het ministerie van Buitenlandse Zaken bewijs levert voor de opname van de groep op hun lijst van organisaties die het terrorisme steunen.

Vanaf vandaag lijkt het erop dat Biden zich inzet voor het project van het omkeren van Trumps en Pompeo's buitenlandse beleidsposities, ongeacht de feiten ter plaatse. Terwijl Biden beweert een buitenlands beleid te willen dat naar de toekomst kijkt, niet naar het verleden, willen zijn adviseurs hem graag overhalen om prioriteit te geven aan een Amerikaanse terugkeer naar de JCPOA. Ze bespreken de mogelijke ondertekening door Biden van een presidentieel uitvoeringsbesluit dat Trump's uitvoeringsbesluit van 2018 herroept en de ministers van Buitelandse Zaken en Financiën de bevoegdheid geeft om te beginnen met het opheffen van nucleaire sancties.

Federica Mogherini, voormalig hoofd van het buitenlands beleid van de EU, zei op 22 november: "We hebben slechts enkele maanden de tijd tussen de inauguratiedag van de [VS], 20 januari, en de presidentsverkiezingen in Iran medio juni." Ze zei dat zowel Iran als de nieuwe Amerikaanse regering zullen moeten werken binnen een multilateraal proces in plaats van eenzijdig te handelen.

De voormalige leidende Amerikaanse nucleaire onderhandelaar Wendy Sherman sprak zijn ernstige bezorgdheid uit over het feit dat de Iraanse presidentsverkiezingen in juni 2021 een geestelijke hardliner aan de top zal brengen, waardoor Khamenei de volledige controle over de leiding in Teheran zal hebben. Zij acht het van vitaal belang gebruik te maken van het korte tijdsbestek dat beschikbaar is om het sentiment van het Iraanse volk te beïnvloeden.

Er zijn steeds meer aanwijzingen dat het buitenlandse beleid van de nieuwe Amerikaanse regering prioriteit zal geven aan het Midden-Oosten. Het idee dat Biden al het beleid van de Trump omver zal werpen is overdreven, maar het is duidelijk dat de leidende Arabische gematigde staten, Saoedi-Arabië en Egypte, niet langer de carte blanche zullen krijgen die ze van de Trump regering hebben gekregen. De ernst van de zorgen van deze traditionele Amerikaanse bondgenoten is volledig gerechtvaardigd. Hun leiders moeten met spoed een dialoog aangaan met de komende Amerikaanse regering om hun kritische belangen in de regio te beschermen.

Dr. Raphael G. Bouchnik-Chen is een gepensioneerde kolonel die gediend heeft als senior analist bij de IDF Militaire Inlichtingendienst.

Bron: The Emerging US Standpoint on Moderate Arab States