www.wimjongman.nl

(homepagina)

Trump en Netanyahu: Beiden worden onderzocht voor verzonnen misdaden.

door Alan M. Dershowitz - 27 november 2019

De meest opvallende overeenkomst tussen de onderzoeken die worden uitgevoerd tegen de Amerikaanse president Donald Trump en de Israëlische premier Benjamin Netanyahu is dat beide worden onderzocht voor acties die hun wetgevende macht niet expliciet strafbaar heeft gesteld. Afbeelding: Trump en Netanyahu op een gezamenlijke persconferentie in Washington, D.C. op 15 februari 2017. (Foto bron: Het Witte Huis)

Er zijn opvallende overeenkomsten en belangrijke verschillen tussen het onderzoek van het Amerikaanse Congres tegen de Amerikaanse president Donald J. Trump en de Israëlische premier Benjamin Netanyahu, die zojuist in staat van beschuldiging is gesteld.

De meest opvallende overeenkomst is dat beiden worden onderzocht voor acties die hun wetgevers niet expliciet strafbaar hebben gesteld. Bovendien zou geen enkele wetgever in welk land dan ook, ooit een algemene wet zou vaststellen die dergelijk gedrag strafbaar stelt. Het onderzoek van deze twee controversiële leiders is gebaseerd op het gebruik van algemene wetten die nooit eerder van toepassing werden geacht op het gedrag in kwestie en op het uitrekken van deze wetten tot specifieke politieke figuren.

Netanyahu is aangeklaagd wegens omkoping op grond van het feit dat hij zou hebben toegezegd een mediabedrijf te helpen in ruil voor meer positieve en/of minder negatieve berichtgeving. Er zijn meningsverschillen over de feiten, maar zelfs als ze in het licht van de voor Netanyahu minst gunstige omstandigheden worden bekeken, vormen ze niet een misdrijf van omkoping.

Evenmin zou de Knesset ooit een statuut vaststellen waardoor het voor een lid van de Knesset een misdaad wordt om een stem uit te brengen om een goede media berichtgeving te krijgen. Als zo'n wet ooit zou worden aangenomen, zou de hele Knesset in de gevangenis zitten. Politici streven altijd naar een goede berichtgeving en velen stemmen met dat in gedachten. Sommigen onderhandelen zelfs over een goede berichtgeving voorafgaand aan een stemming. Daarom hebben ze perssecretarissen en media-adviseurs.

Evenmin kon een redelijk statuut worden opgesteld dat het vermeende gedrag van Netanyahu bestrijkt, maar niet dat van andere Knesset-leden die hun stemmen ruilden voor een goede berichtgeving. Daarom heeft geen enkele wetgever in een land dat wordt geregeerd door de rechtsstaat ooit "quid pro quo" nodig geacht voor een veroordeling wegens omkoping bij positieve media-aandacht, en dat is de reden waarom de aanklacht tegen Netanyahu wegens omkoping niet door de rechtbanken moet worden gehandhaafd.

Het handhaven van een veroordeling op basis van positieve berichtgeving in de media zou zowel de persvrijheid als de democratische bestuursprocessen in gevaar brengen. Aanklagers moeten uit de interactie tussen politici en de media blijven, tenzij er specifiek gedefinieerde misdaden, in tegenstelling tot aanvechtbare politieke zonden, worden gepleegd, en niemand mag ooit worden vervolgd voor acties die nooit strafbaar zijn gesteld en nooit strafbaar zouden worden gesteld door de wetgevende macht.

Ook President Trump wordt onderzocht wegens vermeende omkoping. Oorspronkelijk dachten de Democraten dat ze hem konden beschuldigen van niet-strafrechtelijk gedrag, zoals vermeend wanbeheer, misbruik van kantoor of immoreel gedrag. Ik denk dat zij er nu door mij en anderen van overtuigd zijn dat geen enkele beschuldiging grondwettelijk zou zijn, tenzij de president schuldig zou worden bevonden aan de misdaden die in de Grondwet worden genoemd, namelijk "verraad, omkoping of andere hoge misdaden en misdrijven". De democratische leiders hebben nu dus besloten tot omkoping als een misdrijf waarvoor ze president Trump kunnen aanklagen. Het probleem met die benadering - gelijksoortig aan het probleem met de Israëlische benadering tegen Netanyahu - is dat het eenvoudig geen misdaad voor een president is om zijn macht bij buitenlands beleid te gebruiken.

Presidenten hebben zelfs militaire acties voor politiek gewin ondernomen. Ze hebben hulp gegeven aan het buitenland om te helpen zichzelf te verkiezen. Ze hebben ambassadeurs benoemd, niet op basis van competentie, maar op basis van eerdere en verwachte toekomstige politieke bijdragen. Geen van deze zijn ooit als misdadig beschouwd, en het Congres zou er nooit van dromen om een strafrechtelijk statuut in te voeren dat een dergelijk gedrag probeert te dekken.

Zou het een specifieke misdaad kunnen uitsluiten die gebaseerd is op het zoeken naar persoonlijk politiek voordeel in plaats van een partijpolitiek voordeel? Ik betwijfel het. Maar zelfs als het een dergelijk statuut zou kunnen vaststellen, dan heeft het dat niet gedaan. En als het dit niet heeft gedaan, kunnen noch het Congres noch de aanklagers de uitoefening van de buitenlandse politieke macht van een president strafbaar stellen omdat ze het niet leuk vinden hoe hij het gebruikte of zelfs als hij het misbruikt heeft.

Het centrale aspect van de rechtsstaat is dat niemand kan worden onderzocht, vervolgd of aangeklaagd, tenzij zijn gedrag in strijd is met reeds bestaande en ondubbelzinnige verboden. Noch het Congres, noch de openbare aanklagers kunnen in de loop van de tijd zoiets opmaken, omdat ook zij niet boven de wet staan.

Dan nu de verschillen. Israël is een parlementaire democratie waarin de premier met een eenvoudige motie van wantrouwen kan worden verwijderd. Er is geen eis of behoefte aan een mechanisme voor afzetting. De Verenigde Staten daarentegen is een republiek met een scheiding der machten en een evenwichtige machtsverdeling. De concept-makers, onder leiding van James Madison, zagen het aanklagen als een centrale factor voor het behoud van onze republiek en niet voor de omvorming ervan tot een parlementaire democratie. Daarom verwierpen zij een voorstel dat een aanklacht wegens "wanbeheer" zou hebben toegestaan. Zo'n open-end criteria zouden volgens Madison hebben geleid tot een situatie waarin de president diende op wens van het Congres. Daarom drong Madison aan op specifieke criteria voor beschuldiging die de concept-makers uiteindelijk accepteerden.

Hoewel de verschillen tussen Israël en de Verenigde Staten aanzienlijk zijn, hebben ze de rechtsstaat gemeen. Volgens de rechtsstaat, die op de juiste wijze wordt toegepast, kunnen noch Netanyahu noch Trump schuldig bevonden worden aan omkoping.

Alan M. Dershowitz is Felix Frankfurter hoogleraar emeritus Recht aan de Harvard Law School en auteur van The Case Against the Democratic House Impeaching Trump, Skyhorse Publishing, 2019, en Guilt by Accusation, Skyhorse publishing, 2019.

Vertaling door W.J. Jongman en H. Sleijster

© 2019 Gatestone Institute. Alle rechten voorbehouden. De artikelen hier afgedrukt geven niet noodzakelijkerwijs de standpunten weer van de vertalers of van Gatestone Institute.

Bron: Trump and Netanyahu: Both Being Investigated for Made-Up Crimes