www.wimjongman.nl

(homepagina)

Ter verdediging van godslastering

Door Raheel Raza - 3 september 2018

Ik had nooit gedacht dat de extreem-rechtse, Nederlandse politicus Geert Wilders onder druk zou toegeven, of dat ik een verdediging van godslastering zou moeten schrijven.

Wilders initieerde een cartoonwedstrijd over de profeet Mohammad, die voor november in de Tweede Kamer werd uitgeschreven. Nadat het nieuws was uitgelekt, waren er enorme protesten in Pakistan met 10.000 tegenstanders die opriepen tot het verbreken van de diplomatieke banden met Nederland en de uitwijzing van de Nederlandse ambassadeur.

Imran Khan, de nieuwe premier van Pakistan, zegde toe deze kwestie bij de Verenigde Naties aan de orde te zullen stellen in samenwerking met de OIC (Organisatie voor Islamitische Samenwerking).

Sociale media zijn wijdverbreid en moslims roepen op tot de dood van Wilders en cartoonisten.

Wilders annuleerde uiteindelijk de wedstrijd "om het risico van slachtoffers van islamitisch geweld te voorkomen".

De Pakistaanse minister van Buitenlandse Zaken Shah Mehmood Qureshi noemde dit "een grote morele overwinning voor de islamitische Ummah".

Maar is het een overwinning?

Als een obververende moslim ben ik beledigd door de bespotting van welk geloof of religieuze figuur dan ook, met inbegrip van mijn profeet. Daarnaast zijn ook 1,6 miljard moslims beledigd, en beledigd zijn is ons recht. Ik respecteer hun vrijheid om te beledigen.

Maar de vrijheid van het maken van beledigende cartoons is ook het recht van degenen die in de vrije wereld wonen. Ik respecteer deze vrijheid om te beledigen.

We weten dat er in veel moslimlanden wetten tegen godslastering bestaan, dus als er een probleem is in Iran, Saoedi-Arabiƫ of Pakistan, dan kun je zien waar dat vandaan komt. De wet tegen godslastering is overigens niet iets van de Koran, maar werd na de dood van de profeet Mohammad door moslimheersers ingesteld om de stammen te kunnen controleren en naleving te waarborgen.

De blasfemiewet zoals die straffeloos in Pakistan wordt toegepast, is slecht, verouderd en een manier om minderheidsgemeenschappen te slachtofferen.

De Pakistaanse vlag heeft een witte streep die de representatie aangeeft van 23% van de niet-islamitische bevolking, die bestond ten tijde van de oprichting van Pakistan. Vandaag de dag is deze bevolking teruggebracht tot ongeveer 3%. De belangrijkste slachtoffers van de blasfemiewetten zijn de christenen en Ahmadiyyas.

De laatste jaren zijn in Pakistan veel christelijke vrouwen gedwongen zich tot de islam te bekeren. Kerken zijn in brand gestoken. Ahmaddiya's mogen zich geen moslims noemen en worden voortdurend vervolgd.

In 2010 werd een christelijke vrouw, Asia Bibi, gevangen gezet en ter dood veroordeeld omdat zij naar verluidt geringschattende opmerkingen had gemaakt over de profeet Mohammad. De feiten van het verhaal zijn altijd een geschil geweest, en zij zucht nog steeds in de gevangenis.

Toen Salman Taseer gouverneur was van de Pakistaanse deelstaat Punjab en zich uitsprak voor Asia Bibi, werd hij door zijn eigen lijfwacht neergeschoten en beschuldigd van godslastering. De moordenaar die hem doodschoot heeft nu de status van heilige en van zijn graf is een heilige bedevaartsplaats gemaakt.

Of men een tekenfilm van de profeet maakt of niet, is niet het punt. De profeet, die de moslims proberen te beschermen, werd - in zijn leven - vervloekt, verkeerd behandeld en belachelijk gemaakt. Er bestaat echter geen historische traditie van hem dat de mensen die hem verkeerd behandelden ooit ter dood zijn gebracht. Bij persoonlijke aanvallen keek hij gewoon de andere kant op en vergaf in feite zijn vervolgers.

Ironisch genoeg zullen de zogenaamde "beschermers van het geloof" doden in naam van het geloof dat zij de religie van de vrede noemen!

We moeten de vrijheden die in democratische landen bestaan dus afwegen tegen de wetten die delen van de moslimwereld onderdrukken en tot zwijgen brengen.

Wanneer de invloed van blasfemiewetten zich ook in het Westen manifesteert, maken we ons grote zorgen.

Bron: In Defense of Blasphemy | Clarion Project