www.wimjongman.nl

(homepagina)

De Turkse kijk op terreur

Door Burak Bekdil | 7 juli 2015

De Turkse islamitische regering is momenteel in een politieke drama gedrongen, nu het haar parlementaire meerderheid verloor voor de eerste keer sinds 2002, en het heeft in de afgelopen jaren veel van haar westerse bondgenoten sterk uitgedaagd door hen op te roepen mee te doen met de geallieerde strijd tegen de terreur. Maar de doelgroep was niet al-Qaeda of de Islamitische Staat van Irak en Syrië (ISIS) of een van de tientallen andere islamitische groeperingen die door de beschaafde wereld aangewezen zijn als terroristisch.

In plaats daarvan wilde Turkije dat het Westen ging vechten tegen de "terroristische staat Israël".

Islamitische heersers van Turkije hebben een diep corrupte perceptie van wie betrokken is in terreur en wie niet: Iedereen die doodt in de naam van een andere zaak dan het islamisme, is waarschijnlijk een terrorist.

President Recep Tayyip Erdogan heeft eens openlijk verklaard dat een 15-jarige jongen, die was neergeschoten door de politie en stierf na vele maanden coma, "een terrorist" was. In een claim die nooit is bewezen, zei Erdogan dat de jongen, een katapult in zijn zak had. Hij werd geraakt aan zijn hoofd door een traangasgranaat die was afgevuurd door de anti-oproerpolitie. In Erdogans denken was de jongen een terrorist omdat hij was geraakt tijdens de protesten tegen de regering, en een katapult droeg, en hij was alevitisch (een lid van een heterodoxe islamitische sjiitische religieuze minderheid).

In 2013 was de wereld geschokt door de dramatische dodenaantallen in Kenia en Pakistan, toen jihadisten in afzonderlijke aanvallen in één weekend meer dan 150 onschuldige mensen doodden - in de Kenya-aanval vielen slachtoffers in de leeftijd tussen de 2 en 78. Erdogan, de toenmalige premier, zag er erg triest uit, inderdaad - maar niet vanwege de slachtoffers van de terroristische aanslagen. Hij rouwde om Asmaa al-Beltagi, een arm, 17-jaar-oud Egyptisch meisje dat was doodgeschoten door de veiligheidstroepen in Caïro, toen zij protesteerde tegen de verdrijving van de Egyptische Moslim Broederschap-president Mohamed Morsi, in een staatsgreep. Asmaa's vader was een hoge figuur in de Broederschap. Na haar dood vergoot Erdogan zelfs een keer tranen tijdens een televisie-interview. Hij herdacht toen het meisje in bijna elke verkiezingsbijeeenkomst.

 

Turkse president Recep Tayyip Erdogan (toen minister-president) huilt over de dood van een islamitische Egyptische tiener-activiste tijdens een televisie-interview in 2013 (Bron foto: Cihan video screenshot).

Een van de favoriete uitspraken van Erdogan is zijn beroemde zin: "Er is geen islamitische terreur." Erdogan verwerpt derhalve regelrecht een link tussen de moslims en bloedbaden of genocide.

In november vorig jaar, na een ontmoeting in Parijs met de Franse president Francois Hollande, beschuldigde Erdogan "degenen die proberen om ISIS af te schilderen als een islamitische organisatie..." Gelukkig deed hij geen uitspraak dat ISIS een Joodse organisatie was. Maar grappig, de organisatie waarvan hij zegt dat die niet "islamitisch" is, vlagt zichzelf als de "Islamitische Staat"...

De Turkse islamitische show van belachelijke ontkenningen blijft op volle snelheid doorgaan. De laatste golf van islamitisch geweld - in vijf verschillende hoeken over de hele wereld - onthulde opnieuw de Turkse hypocriete houding tegenover het terrorisme. Op 25 juni werd een Koerdische stad in het noorden van Syrië door ISIS aangevallen en meer dan 140 mensen, waaronder vrouwen en kinderen, werden afgeslacht.

En toen, op 26 juni was er de terroristische aanslag in een toeristisch hotel in Sousse, in Oost-Tunesië. Bij de aanval kwamen ten minste 37 mensen om het leven, waaronder veel buitenlandse toeristen, en verwondde 36 anderen. In een andere aanval op dezelfde dag in Koeweit werden 25 mensen gedood en 202 raakten gewond door een zelfmoordaanslag gericht tegen een sjiitische moskee tijdens het vrijdaggebed. ISIS heeft de verantwoordelijkheid opgeëist voor beide aanslagen. Ondertussen vermoordde Yassin Salhi een man (zijn werkgever) in een Amerikaanse industriële gasfabriek in het zuiden van Frankrijk, die naar verluidt bekend was bij de Franse inlichtingendienst vanwege zijn verdachte banden met salafistische groepen.

Tot slot, op 1 juli, doodde de Islamitische Staat in aanslagen in de noordelijke Egyptische Sinaï 50 mensen.

Dat zet het dodental in één week op bijna 260.

Zagen de Turken toen een huilende president op televisie bij het zien van die gewelddadige menselijke tragedie, zoals hij had gehuild voor het arme meisje van de Moslim Broederschap? Helemaal niet.

In plaats daarvan waren er de vrij droge verklaringen van Erdogans staf en het Turkse ministerie van Buitenlandse Zaken, die de moorden in Tunesië, Koeweit en Frankrijk veroordeelden. "Deze bloedige aanvallen, welke Koeweit troffen, en de Tunesische vrede en stabiliteit, en sektarische botsingen in Koeweit uitlokten, laten het belang zien van een regionale en internationale samenwerking in de strijd tegen het terrorisme," zei Erdogan in een schriftelijke verklaring.

Erdogan moet inderdaad kunnen begrijpen dat de strijd tegen het terrorisme niet kan slagen zonder een noodzakelijke eerste stap: Waarom gaan deze terroristen terroriseren? Wat is hun ideologie? Waar vechten ze voor? Zijn ze aan het vechten om anderen met geweld de wetten op te leggen die in de christelijke, joodse, hindoeïstische of shintoistische heilige boeken worden bedongen? Als hun terreurdaden niet gerelateerd zijn aan de islam, waar zijn ze dan aan verwant?

Erdogan zal nooit worden gezien als een betrouwbare partner in een anti-terreurstrijd, voordat hij eerlijk en openbaar antwoorden geeft op deze vragen.

Dit moet worden gevraagd door de westerse partners als ze Erdogan spreken in de private top-geheime dialogen met hem over hun anti-terreur strijd:

President van een bondgenoot: "Weet u, meneer de president, dat zij de terreurdaden plegen in de naam van islam ..."

Erdogan: "Nee, zwijg, dit heeft niets te maken met islam."

President van een bondgenoot: "Maar President, we weten allemaal waarom ze doden, en meestal doden ze andere moslims... "

Erdogan: "Het heeft niets te maken met de islam."

President van een bondgenoot: "Maar, meneer de president..."

Erdogan: "Het heeft niets te maken met de islam."

[ Editor: Dat zal hem nooit worden gevraagd door een Europese of NAVO bondgenoot. Die huldigen hetzelfde standpunt gezien de uitspraken van Mogherini dat ISIS niets met de ware islam van doen heeft.]

Burak Bekdil woont in Ankara, is columnist voor de Turkse Hurriyet Daily en medewerker aan het Middle East Forum.

Bron: Turkey's View of Terror


printen??? spaar papier en inkt.