www.wimjongman.nl

(homepagina)

Steelt Israël particulier Palestijns grondgebied?

28-12-2014 | door Moshe Dann

Een van de meest ernstige beschuldigingen tegen Israëls aanwezigheid in Judea en Samaria is dat Israël stelselmatig steelt of particulier Palestijns grondgebied "bezet".

 

Joodse mannen dragen houten planken aan als ze een geïmproviseerde constructie oprichten in de niet-geautoriseerde buitenpost van Mitzpe Avihai, ook bekend als Hill 18, in de buurt van Kiryat Arba buiten de Westelijke Jordaanoever stad Hebron in 2012.

Een van de meest ernstige beschuldigingen tegen Israëls aanwezigheid in Judea en Samaria is dat Israël stelselmatig grondgebied steelt of particulier Palestijns land "bezet". Niet alleen zou dat illegaal zijn, dat ook zou het immoreel zijn. De bron van deze bewering is niet alleen de Palestijnse autoriteit/Hamas, anti-Israëlische media en Arabische propaganda, maar een agentschap van de Israëlische regering: Coördinator van de Regering Activiteiten in de Gebieden (COGAT).

COGAT, een eenheid van het Ministerie van Defensie, is verantwoordelijk voor het "implementeren van het overheidsbeleid in Judea en Samaria." Maar COGAT "implementeert" niet alleen, het maakt ook beleid. En als afzonderlijke en onafhankelijke militaire-juridische administratie, het is bijna onaanspreekbaar voor iedereen, behalve de Minister van Defensie en de Minister-president.

Zij zijn ook verantwoordelijk voor deze onjuiste voorstelling van feiten.

COGAT en de juridisch adviseur van de IDF beslissen in samenwerking met de attorney general's office, het openbaar ministerie, het ministerie van Justitie en het Hoge Gerechtshof, routinematig of land opgeëist door Arabieren geldig is. Bij deze claims ontbreekt echter, vanwege de massale verdelingen van staatsland in Judea en Samaria tijdens de Jordaanse bezetting, een bewijs van eigendom. Niettemin, erkent COGAT de vorderingen toch als geldig, en ondersteunt daarmee dus de aanklacht dat Israël particuliere grond steelt.

Op basis van COGAT's besluiten, die niet worden beoordeeld door districtsrechtbanken – het is de enige rechterlijke instantie die gemandateerd is om zaken van grondbezit te beoordelen - ondersteunen NGO's ook de Arabische vorderingen en doen een beroep op het Hoge Gerechtshof, die weer sterk afhankelijk is van COGAT als de overheidsinstantie. COGAT verdedigt haar besluiten onder vermelding van het kadaster (taba) voor Judea en Samaria, die een lijst met namen bevat van "eigenaren", meestal dorpen en stammen die als staatsland werden gegeven tijdens de vroege jaren 1960. Niets van het land is gekocht, het meeste van het land werd ook nooit gebruikt, er werd geen belastingen betaald en de oorspronkelijke geadresseerden van het Arabische land zijn niet langer in leven. Aan wie behoort dit omstreden land dan? Volgens de Ottomaanse en Brits mandaat wet, kan gegeven land niet worden overgenomen zonder toestemming door de soevereine overheid.

Bovendien, land dat werd gegeven door de soevereine overheid kan alleen als privé worden geclaimd als het land voortdurend werd gebruikt (vruchtgebruik) gedurende 10 jaar en er belastingen werden betaald.

Anders keert het ongebruikte land terug naar de soevereine overheid bij wet. Jordanië veranderde deze wet en registreerde het land permanent als particulier eigendom, zonder voorwaarden.

Maar aangezien Jordanië nooit is erkend als de legitieme soevereine overheid over dit grondgebied of zijn bezetting en de anti-joodse wetten – waaronder het de niet-Jordaanse burgers verboden is om grond te bezitten, en de doodstraf bepaalde op het verkopen van land aan Joden – hebben deze geen geldigheid.

COGAT is het daarmee oneens.

De status van land in Judea en Samaria is verder verward door voormalig Hoge Gerechtshof chef rechter Dorit Beinish, die op het einde van haar mandaat unilateraal bepaalde dat hazakah, dat is het recht op het land wordt bepaald door het te bewerken en belastingen te betalen, maar kan alleen voor Arabieren en niet voor Joden worden toegepast.

Aangezien COGAT van oordeel is dat het kadaster voor Judea en Samaria "vertrouwelijk" is, beperken ze de toegang daartoe voor de Joden, waardoor het bijna onmogelijk is om de Arabische vorderingen van prive-eigendom in te zien voor Joden bij het verwerven van grond. COGAT's geheimzinnige procedure wordt ondersteund door het Hoge Gerechtshof dat COGAT verdedigt met de regel dat het een overheidsinstelling is. COGAT weigert uit te leggen waarom het deze regels uitsluitend laat zegevieren en waarom toegang tot overheidsdocumenten verboden is. Regavim, een NGO, daagde de wettigheid van COGAT uit op dit standpunt, specifiek met betrekking tot het land rondom de Joodse Gemeenschap van Psagot.

Regavim beweerde dat COGAT's beleid voerde tegen Joden en hen discrimineert. Het Hof van het District Jeruzalem is overeengekomen de zaak toe te kennen aan Regavim, en gaf COGAT orders tot het beschikbaar stellen van landverslagen van de omgeving; COGAT heeft daarna een beroep gedaan op het Hoge Gerechtshof.

Volgens Ari Briggs, woordvoerder van Regavim, beperkt het beleid van COGAT de toegang tot het kadaster voor Judea en Samaria alleen aan mensen die "met het land verbonden zijn" – en die mensen definieert men uitsluitend als Arabieren.

Regavim's juridische uitdaging is dat COGAT wordt gedwongen zijn discriminerende beleid te beëindigen en gelijke toegang te geven voor de Joden. Niet alleen is COGAT in beroep gegaan tegen het besluit van het de Districtsraad, het verbood ook de toegang tot het kadaster door middel van een militaire order - dus veranderde wat een normaal administratief proces zou moeten zijn in hun eigen exclusieve domein.

Sinds 2008, heeft COGAT de werking van een rioolwaterzuiveringsinstallatie tussen de Arabische dorp van Silwad en de Joodse Gemeenschap van Ofra verhinderd, omdat COGAT er regeerde, het is gebouwd op "privé Palestijns grondgebied", dat deel uitmaakt van het dorp. De procureur-generaal en het Hoge Gerechtshof heeft gelast dat het project – dat ten dienste van alle bewoners van het gebied zou zijn – zal worden verwijderd.

COGAT is ook tegen plannen om de weg te verbreden in de buurt van de Adam Junction, omdat het inbreuk maakt op "privé Palestijnse land". Vragen over details van wie de eigenaar is van het land in kwestie, heeft COGAT geweigerd. En COGAT is de wet.

De regering kan dit discriminerende en ondemocratische systeem corrigeren door de aanstelling van onafhankelijke rechtbanken die uitspraak kunnen doen over landgeschillen bij het bepalen van eigendom en/of door de uitbreiding van de bevoegdheid van districtsrechtbanken, zoals aanbevolen door een Commissie van juridische deskundigen onder leiding van Edmund Levy.

Het Hoge Gerechtshof kan ook eisen dat geschillen over landeigendom eerst door districtsrechtbanken moeten worden gehoord bij elke aanvraag, zoals gewoonlijk wordt gedaan in alle democratische landen.

Onverklaarbaar genoeg heeft premier Benjamin Netanyahu geweigerd om het verslag van de Commissie Levy in de regering te bespreken.

Het aannemen van de aanbevelingen van de Commissie Levy is - wat geen welbespraakte retoriek is met betrekking tot de Joodse staat – de ware uitdrukking van een Joodse soevereiniteit.

De auteur is een PhD historicus, schrijver en journalist.

Bron: Is Israel stealing private Palestinian land? - Opinion - Jerusalem Post

printen??? spaar papier en inkt.